Snel zoeken:
624 jrg 128, blz.178 1985 Vraag: Bijbellezen aan tafel

1-Timotheüs 4:3

Vraag:

Een broeder, vader van een gezin, stelde de vraag of het aantoonbaar is in de Bijbel, dat bij de maaltijden het Woord van God gelezen behoort te worden.

Antwoord:
Het is onder christenen een goede gewoonte om bij de maaltijden een gedeelte uit de Bijbel te lezen. Op de meeste christelijke scheurkalenders wordt ten behoeve daarvan dan ook een leesrooster vermeld. Voor dit gebruik om 'aan tafel' uit de Bijbel te lezen hebben we echter geen aanwijzingen in de Schrift. We vinden er geen voorschrift voor en geen voorbeeld van. Dit in tegenstelling met het dankgebed bij de maaltijd. Daarvan treffen we voorbeelden in de Bijbel aan, te weten het gebed van de Heer Jezus bij de spijziging van de vijfduizend en bij die van de vierduizend (Joh. 6: 11; vgl. Matth. 14: 19); Mark. 6: 41; Luk. 9: 16; Matth. 15 : 36; Mark. 8: 6). Dan is er het gebed van de Heer bij de Emmaüsgangers (Luk. !4: 30) en het gebed van Paulus op het schip tijdens zijn reis naar Rome (Hand. 27: 35). Hierbij zou nog te noemen zijn de dankzegging van de Heer bij het avondmaal, maar vanwege het bijzondere karakter van die maaltijd laten we dat hier buiten beschouwing.
Er wordt ons ook, zij het indirekt, een voorschrift gegeven om bij het gebruik van voedsel te danken. We lezen namelijk in 1 Tim.4:3 over voedsel, 'dat God geschapen heeft om met dankzegging te worden genuttigd'. En in vers 4 van datzelfde hoofdstuk is nogmaals sprake over dankzegging in verband met het gebruik van voedsel. Een soortgelijke aanwijzing treffen we aan in Rom. 14:6.
Nu menen velen echter in het gedeelte uit 1 Tim. 4 dat over het eten haridelt, ook een aanwijzing aan te treffen voor het lezen van een gedeelte uit Gods Woord 'aan tafel'. Want vers 5 van 1 Tim. 4 luidt: 'want het [voedsel] wordt geheiligd door Gods Woord en door gebed'. Als het 'geheiligd door gebed' op het dankgebed aan tafel slaat, dan slaat, zegt men,'geheiligd door Gods Woord' op het lezen aan tafel. Hoewel dit op het eerste gezicht een heel logische konklusie lijkt, is het toch een misvatting. Wanneer dat namelijk de bedoeling was geweest dan hadden we in vers 3 en 4 ook een verwijzing naar Gods Woord moeten aantreffen, en die staat er niet. Bovendien wordt in vers 5 niet gesproken over het lezen van Gods Woord; er staat enkel dat het voedsel geheiligd is door Gods Woord. En deze uitdrukking moeten we verklaren uit vs. 3 en 4.
Paulus brengt naar voren dat God alles geschapen heeft om door de mens genuttigd te worden, dat alle schepsel goed is en er niets verwerpelijk is. Hierbij denken we vanzelf aan Schriftgedeelten als Gen. 1, 3 en 9, waar we voedselvoorschriften vinden. Het geheiligd zijn door Gods Woord ziet dus op de uitspraken van de Schrift betreffende het voedsel.

Als bijzonderheid wil ik nog vermelden, dat de gewoonte om aan tafel te lezen zoals wij die kennen, nog niet zo oud is. Ze dateert uit de tijd van de hervorming, na de uitvinding van de boekdrukkunst, Dat is ook heel begrijpelijk. Voor die tijd moest men Latijn, Grieks of Hebreeuws kennen om de Bijbel te kunnen lezen, want bijbels in de volkstaal bestonden er niet. Het kenmerk van de Hervorming is, dat de Bijbel aan het volk gegeven werd.
En voor de uitvinding van de boekdrukkunst kon de Bijbel niet massaal verspreid worden omdat het overschrijven van de manuscripten een tijdrovend werk was en een handgeschreven exemplaar ook veel te duur was om door de gewone man aangeschaft te kunnen worden. Toen de Hervorming aanbrak was de uitvinding van de boekdrukkunst al driekwart eeuw oud en waren de boekdrukkers al ingespeeld op het drukken van boekwerken in grote aantallen. Het Bijbelbezit nam in korte tijd geweldig toe en de gewoonte om aan tafel uit de Bijbel te lezen dateert dan ook uit die tijd.
Al hebben we voor deze gewoonte geen direkte aanwijzing uit de Schrift, we hebben in ieder geval wel aanwijzingen om het Woord van God te lezen of voor te lezen. En het samenzijn aan de maaltijd (waar de maatschappij-struktuur al een behoorlijke aanslag op doet) schept een goede gelegenheid om samen de Bijbel te lezen. Laten we deze gewoonte maar zoveel mogelijk vasthouden.