Snel zoeken:
Gerechtvaardigd

Genesis 6:9
Betreft: Gn.6: 9 / Pr 7: 20

Vraag:
Deze teksten lijken met elkaar in strijd te zijn, hoe moeten we dat verklaren.

Antwoord:
In het heilige licht van God is geen mens rechtvaardig (zie Rm. 3: 10). We hebben allemaal gezondigd en we hebben een boze zondige aard. Daardoor zijn we ver van God en kunnen we zijn heerlijkheid niet binnengaan.
Door goede werken te doen, door inspanning van onszelf
e.d. kunnen we niet gerechtvaardigd worden. Het kan alleen door het werk van Jezus Christus en het geloof in Hem (zie Rm 3: 20 en 28).

Dat geldt ook voor de gelovigen van de 'oude ' bedeling. Zij kenden Christus wel niet, maar ze geloofden God en vooruitziende op het werk dat Jezus Christus zou volbrengen kon God hen rechtvaardigen op grond van hun geloof. Zie Gn.15: 6. Zulke gelovigen werden dan gerechtvaardigd

Als de Schrift zegt dat iemand rechtvaardig is dan kan dat betekenen dat hij gerechtvaardigd is op grond van zijn geloof, maar het kan ook zien op zijn praktische wandel als gelovige.
Dit is de bedoeling van Gn.6: 9. Het gaat erom dat Noach onder zijn tijdgenoten rechtvaardig en onberispelijk (onstraffelijk) wandelde. Dat betekent niet dat hij nooit eens iets deed wat fout was (zie hoofdstuk 9: 20), maar dat hij in doorsnee leefde naar Gods wil en met God rekening hield. Hij wandelde met God: dat ziet op zijn praktisch leven. Zie Lk.1: 6: daar heeft het rechtvaardig zijn ook te maken met de praktische wandel. Zacharia en Elizabeth hielden zich aan de geboden en inzettingen van God. Dat maakte hen niet rechtvaardig wat de eeuwigheid betreft, maar zegt alleen dat ze goed leefden in Gods oog. De beide treksten zijn dus niet in strijd met elkaar, maar belichten een verschillend aspect.

Nog iets over het woord 'onberispelijk'. We treffen dat ook aan in 1Tm. 3: 2 als een eis die aan een opziener gesteld moet worden. Dat betekent niet dat iemand feilloos moet zijn in absolute zin, want dat is niemand. Het betekent dat op iemand niet iets is aan te merken wat zijn leven betreft, hij mag niet bekend staan om een bepaald kwaad. Het NBG heeft het woord dan ook weergegeven met 'onbesproken'.