Snel zoeken:
b 'Uw' in Lk 12:29-37

1 Uw Vader > zijn zorg. Hij weet dat u deze dingen nodig hebt vs 30
Hij wil u het koninkrijk geven vs 32
2 Uw bezittingen > gebruik ze om aalmoezen te geven vs 33

3 Uw schat > waar die schat is zal ook ons hart zijn vs 34

4 Uw lendenen > moeten omgord... zijn klaar om te wandelen vs 35

5 Uwe lampen > moeten brandend zijn...ziet op getuigenis vs 35

We moeten zijn als mensen die op hun heer wachten vs 36