Mattheüs 5:38
Weerstaat de boze niet
Tot zeker driemaal toe lezen we in de wet, dat iemand die een ander mishandelt, gestraft moet worden met hetzelfde kwaad dat hij zijn naaste heeft aangedaan. Onder de wet gold het beginsel: oog om oog, tand om tand, enz. Het beginsel van genade, waardoor het koninkrijk Gods beheerst wordt, luidt heel anders. De woorden van de Heer laten dat duidelijk zien: “Maar ik zeg u: weerstaat de boze niet, maar al wie u op uw rechterwang slaat, keert hem ook de andere toe”. Dit is geen voorschrift aan de overheid gegeven. Van haar staat dat ze het zwaard niet tevergeefs draagt en dat het haar taak is kwaaddoeners te straffen. Nee, het is een gebod dat de Heer geeft aan zijn volgelingen en dat persoonlijke wraakneming uitsluit. De Heer Jezus heeft zelf het lichtende voorbeeld gegeven. Als Hij gescholden werd, schold Hij niet terug. Als Hem leed werd berokkend, dreigde Hij niet (1 Petrus 2.23;). Hij verdroeg de tegenspraak van de zondaars (Hebr. 12:3).
Hoe kunnen wij dat?
Maar is een mens wel in staat dit voorbeeld van de Man van Nazareth te volgen? Zodra iemand ons te na komt is onze eerste gedachte: dat zal ik hem betaald zetten! Of niet soms? Om in dit punt van zaken te handelen zoals Christus gehandeld heeft is het nodig het leven uit Christus te bezitten. Met andere woorden: dan moeten we opnieuw of wederom geboren zijn. In het leven van de discipelen zien we hoe ze dit voorbeeld van de Heer praktisch zijn nagevolgd.
De Geest van God gaf hun de kracht om ter wille van Christus smaadheid te verdragen. En de Heilige Geest wil vandaag in het leven van iedere gelovige nog hetzelfde bewerken. De bewijzen zijn er te over. We kunnen denken aan hen die in de afgelopen jaren in de Kongo en in Brazilië hebben geleden om Christus’ wil. Maar we hoeven niet zo ver van huis te gaan. Nog onlangs hoorde ik het volgende. In een werkplaats maakte een klant ruzie en sloeg de eigenaar van de zaak in het gezicht. Deze had zijn tegenstander met gemak kunnen maken en breken, maar hij verdroeg de smaad, omdat hij wist dat de Heer zo gehandeld zou hebben.
Iemand die getuige was van dit voorval, bewonderde de baas om dit staaltje van zelfbeheersing. Maar al gauw werd hem duidelijk gemaakt dat dit maar niet een kwestie van zelfbeheersing was, en de man moest erkennen dat hier het voorbeeld van Christus in praktijk werd gebracht. Wilt u deze gezindheid van Christus ook bezitten? Dan moet u eens nadenken over de volgende uitspraak van Paulus: “Want die gezindheid zij in u, die ook in Christus Jezus was, die in de gestaltenis van God zijnde, het geen roof geacht heeft God gelijk te zijn, maar heeft zichzelf ontledigd en heeft de gestalte van een slaaf aangenomen en is de mensen gelijk geworden. En uiterlijk een mens bevonden, heeft Hij zichzelf vernederd en is gehoorzaam geworden tot de dood, ja, tot de dood van het kruis”(Fil. 2:5-8). Dat alles heeft de Heer willen doormaken, zo diep heeft Hij zich willen vernederen voor u. Als u met berouw over uw eigen zondigheid en onwaardigheid deze gekruisigde Heiland aanvaardt als uw Redder, ontvangt u het leven uit God en schenkt Hij u de kracht om dezelfde gezindheid te openbaren.