(Mattheüs 9 : 27 – 31)
Blind
Blind zijn is iets ergs. Denk je in nooit het zonlicht, de bomen, vogels enz. te zien” altijd tastend je weg zoeken! Ik weet wel dat er tegenwoordig veel meer voor blinden wordt gedaan dan vroeger. Door het brailleschrift is een wereld voor de blinden ontsloten. Geleidehonden maken het zelfs mogelijk dat men zich zelfstandig in het verkeer begeeft. Maar wat zegt dat nog ten opzichte van het vele dat de blinde mist!
Er is echter een blindheid die nog ernstiger is dan het gemis van het “licht der ogen”, dat is geestelijke blindheid. En er zijn meer geestelijk blinden dan lichamelijk niet-zienden. In feite is de hele mensheid blind, van hoog tot laag. Men is blind voor de macht en majesteit van God, evenals voor zijn liefde en genade. Men is blind voor zijn eigen zondige, verloren toestand, evenals voor de redding die in Jezus Christus te vinden is.
Is dit een hooghartig oordeel van een artikelschrijver? Nee, het is het oordeel van God in zijn woord, de bijbel. En het valt te constateren in de praktijk De blinde mensheid stort zich in de ene oorlog na de andere. Men doktert de ene regeringsorde na de andere uit en kan de een alleen maar minder slecht vinden dan de andere. In de ‘verlichte’ twintigste’ eeuw hebben wetenschap en techniek een hoge vlucht genomen om ons nu een angstpsychose van een eventuele atoomoorlog aan te jagen. En zo zouden we kunnen doorgaan. Het raadsel van het bestaan, het probleem van het kwaad, het blijken onontwarbare knopen. En het jammerlijke is dat de mens meent te “zien”.
Aan het brein van de leidslieden ontspruit weer een nieuwe theorie, die de verklaring en mogelijke oplossing zal brengen voor alle problemen. En onderwijl vallen in Amerika steeds meer slachtoffers ten gevolge van het rassenvraagstuk, kampt Europa met het steeds nijpender probleem van de milieuverontreiniging, nemen misdaad en geweld hand over hand toe.
‘Als we het systeem maar konden veranderen’, meimert de een; ‘als we de mens maar konden opvijzelen, zodat hij psychisch zijn eigen uitvindingen aan kan’, piekert de ander. Op alle manieren wordt het wereldgebouw gestut, gerestaureerd, verbouwd enz. Maar niemand zoekt de oorzaak in de bouwstenen – in de mens zelf- en in het feit dat we als mensheid God de rug hebben toegekeerd. Dat is de grote blindheid van de mens.
In zijn dagen noemde Jezus Christus de leiders van zijn volk: “blinde leidslieden van blinden”. Zou zijn oordeel over de wereldleiders en de wereldbevolking nu anders luiden?
De oplossing
Er komen twee blinden bij Jezus. Die twee maakten zichzelf niet wijs dat ze wel zagen, of dat er helemaal geen “ziende” mensen waren. Integendeel, ze waren zich bewust van hun jammerlijke toestand. Dat was hun eerste stap in de goede richting. En dat is het ook voor ons! Het moet beginnen met erkenning van onze zondige toestand voor God. En ieder hoeft maar een blik in zijn eigen hart te slaan om tot de ontdekking te komen dat hij een zondaar is. Tenzij men met alle geweld zwart wit gaat noemen, en hoogmoed, egoïsme, valse begeerten enz. onder de gewone menselijke eigenschappen schaart!
Het tweede wat deze blinden deden bestond daarin dat ze naar Jezus van Nazareth toegingen. Ze hadden alle “oogspecialisten” van hun tijd kunnen consulteren zonder enige baat. Er was voor hen alleen licht te krijgen bij Jezus Christus.
Zo geldt het ook voor ons. Alle “ismen” en hun stichters kunnen ons niet helpen; alleen Hij, die “als het waarachtige licht in de wereld is gekomen”.
Het derde wat van deze blinden valt te leren is hun bede: ‘Ontferm u onzer, Zoon van David. Ze smeken om hulp en erkennen Jezus als de van God gezonden Messias, dat is “gezalfde” koning van Israël
Zijn wij – bent u – zó tot Christus gegaan met uw geestelijke nood, met het probleem van uw zonde, waar u geen uitkomst voor ziet? En erkent u dat Jezus Christus de Heiland der wereld is, zoals deze Joden Hem aanvaardden als de Messias van Israël?
Daarop volgt een onderhoud tussen de twee en Christus in huis. Een persoonlijk onderhoud! Met een indringende vraag: ‘Gelooft ge dat Ik het doen kan?’
En met een eenvoudig antwoord: ‘Ja.’
Heeft u zo’n persoonlijk onderhoud met Jezus Christus al gehad? Gelooft u dat Hij voor u gestorven is? Dat Hij de straf voor uw zonden wilde ondergaan?
Als u zo tot Hem gaat, dan doet Hij de rest. Hij raakte de ogen van de blinden aan en het lich verdreef hun duisternis! Zo laat Hij ook het licht schijnen in de ziel van elke berouwvolle zondaar die tot Hem gaat. Hij schenkt ver geving van zonden. Hij maakt gelukkig en blij Hij geeft kracht voor dit leven en hoop voor de toekomst. Hij schenkt inzicht in zijn woord en onthult hoe eenmaal alles goed zal worden en recht en gerechtigheid door Hem hun loop op aarde zullen hebben.