Betreft: 1Ko 3: 15
Vraag:
(a) Wat wordt precies bedoeld met ‘gered woorden door het vuur’?
(b) Baseert de Roomskatholieke kerk op deze tekst de leer van het vagevuur?
Antwoord:
(a) De tekst van 1Ko 3: 15 luidt volgens de Statenvertaling: ‘doch alzo als door vuur’. Er staat dus niet dat deze gelovigen door vuur gered worden alsof vuur het middel is waardoor ze gered worden.
De Nieuwe Vert. van het Ned. Bijb. Genootschap en ook de Telosuitgave hebben ‘ als door vuur heen.’
Het is dus bij wijze van spreken dat ze door het vuur heengaan. Ze worden zelf gered, maar hun hebben en houden verbrandt.
Deze personen kunnen we vergelijken met Lot. Hij werd gered uit Sodom, maar alleen met het vege lijf.
(b) Voor de gedachte van een loutering en vergeving in het hiernamaals baseert men zich o.a. op Mt 12: 32 b. Uit deze tekst leidt men dan een omgekeerde conclusie af en wel dat er in de het hiernamaals aan gestorvenen nog vergeving geschonken zal worden. Dat staat echter niet in de tekst. Verder beroept men zich op een Joods gebruik om voor de doden een zoenoffer op te dragen (zie het apocriefe boek 2 Maccabeeën 12: 40-48) dat uiteraard geen zeggingskracht heeft.. Uiteindelijk moet dr. F. van der Meer in zijn catechismus erkennen dat ‘de Schriftuur noch de liturgie der Kerk woorden hebben voor dit geestelijke of bijzondere oordeel’.Men beroept zich op wat de Kerk sinds onheuglijke tijden geleerd heeft.