Betreft: 1 Ko 14: 20
Vraag:
Betekent kinderen in de boosheid dat we niet snel tot boosheid geneigd zijn?
Antwoord:
Voor alle zekerheid eerst even wat het niet betekent. Het betekent niet, dat we niet gauw boos of kwaad moeten worden. Het woord boosheid slaat hier op verkeerde dingen, zondige zaken.
Naar zulke zaken moet ons hart niet uitgaan. We moeten niet geneigd zijn om kwaad te doen. Toch is dat hier niet bedoeld, hoewel het er wel mee te maken heeft. We moeten bij de uitleg van deze tekst denken aan wat er aan voorafgaat. In vers 19 gaat het om spreken met het verstand en in vers 20a lezen we ‘weest geen kinderen in het verstand’.’ Welnu, kinderen weten nog niet alles, ze moeten de dingen leren begrijpen. Ze moeten volwassen worden wat het verstand betreft. Het gaat daarbij dus om het kennen van de goddelijke, de goede dingen en daarin leven.
Tegenover kinderen in het verstand staat nu kinderen in de boosheid. Dat betekent dat we op het terrein van de boosheid best onkundige mogen zijn. Dat is zelfs aanbevelenswaardig. Laten we maar kinderen zijn die weinig verstand hebben van alles wat boos en slecht is. We hoeven en moeten ons niet verdiepen in al het kwaad dat er in de wereld is. Daar worden we geestelijk namelijk niets beter van, integendeel er is alle kans dat het onze gedachten bezoedelt.