10 Spreekt gij Grieks?

Dit voorval hoorde ik van mijn broer, maar voor de vermelding ben ik natuurlijk zelf verantwoordelijk… Het is ook een conferentie-anekdote en of het nu een conferentie in Alphen of Den Haag betreft doet er niet zoveel toe. (Ik ben voorzichtig geworden!).

Destijds waren er niet zoals nu echte kenners van het Grieks in ons midden. Wel hadden enkelen aan die taal ‘geroken’ maar meer ook niet. Een enkeling van hen vond het nodig vrij regelmatig zijn opmerkingen in te leiden met: ‘In het Grieks staat…’ en dan baseerde hij zijn uitleg op de grondtekst. Niemand kon de juistheid ervan controleren en de situatie werd een beetje onaangenaam.

Tenslotte stond br. Jansen op. Die naam staat niet tussen apostrofs, zoals jullie zien, het was echt br. Jansen, en dat was een onderwijzer in hart en nieren. Hij ging kaarsrecht staan en wendde zich tot onze broeder ‘Griekskenner’ (hier wel apostrofs) terwijl hij hem strak aankeek en vroeg: ‘Kent gij Grieks? Zijt gij dan niet de Egyptenaar die voor deze dagen een oproer verwekte en de vierduizend rovers naar de woestijn uitleidde?’.

Na dit citaat uit Hd. 21: 37,38 op plechtige wijze te hebben uitgesproken ging hij zitten. Het was uit met het Grieks!

Jaapfijnvandraat.nl maakt gebruik van cookies