1-Koningen 6:7 – De bouw van de tempel
Bij de bouw van de tempel van Salomo werd er in Jeruzalem geen lawaai van een hamer of beitel gehoord. De bedoeling is niet dat de werklieden het werk zo zachtjes deden dat het lawaai van dat gereedschap niet naar buiten drong, maar dat deze werktuigen niet gebruikt werden.
Maar hoe kon dat? De stenen van de tempel vond je toch niet kant en klaar in het gebergte? Inderdaad dat gebeurde niet. De stenen kwamen uit het gebergte Libanon, maar daar werden ze uitgehouwen en precies op maat gemaakt om zo vervoerd te worden naar Jeruzalem. We lezen dat in 1 Kn 5:17,18. Op de Libanon werd het lawaai van hamers en beitels wel gehoord maar niet in Jeruzalem, daar werden van de gehouwen stenen de muren van de tempel gebouwd. .
De bouw van de Gemeente
In het verleden is er dikwijls een vergelijking getrokken met de bouw van de Gemeente van Jezus Christus. Die gemeente wordt een tempel genoemd (1 Ko 3:17; Ef 2:19-22). Dat is geen letterlijk gebouw opgericht met stenen zoals onze huizen en gebouwen zijn. Nee, het is een geestelijk huis en de stenen zijn om zo te zeggen geestelijke stenen. Die geestelijke stenen zijn de gelovigen. We hebben daar een duidelijke uitspraak over in 1 Pt 2:4-6. De apostel noemt de Heer Jezus een levende steen en zegt dan dat als we tot Hem komen we “als levende stenen gebouwd worden als een geestelijk huis”. We worden niet als “dode” stenen opgebouwd tot dat huis, nee , we worden als levende stenen opgebouwd op Hem die de levende steen is. De gemeente of kerk wordt gebouwd met stenen die tot leven gekomen zijn.
Om in de taal van 1 Kn 5:17 te spreken: deze geestelijke stenen zijn buiten de gemeente pasklaar gemaakt. In het boek de Handelingen vinden we dat de volgelingen van Jezus Christus uitgingen om het evangelie te verkondigen. Door die prediking kwamen mensen, dode zondaars, tot bekering. Ze ontvingen leven uit God en zij werden verzegeld met de Heilige Geest. Dat gebeurde – om zo te zeggen – buiten het gebouw. Als dat gebeurd was kregen ze als geestelijke stenen een plaats in de geestelijke tempel.
Binnen het gebouw en toch er buiten
Zoeven gebruikte ik de uitdrukking “buiten het gebouw” en dat zou een reactie kunnen oproepen in de zin van “maar mensen kunnen toch ook in het kerkgebouw tot bekering kunnen komen?”. Gelukkig is dat zo. Het misverstand is ontstaan doordat men het kerkgebouw ook kerk noemt. Men zegt bijvoorbeeld : Ik ga naar die en die kerk en bedoeld dan een bepaald gebouw, bijvoorbeeld de Westerkerk in Amsterdam. Of men gebruik t de uitdrukking om aan te geven dat men naar een bepaalde godsdienstoefening gaat. Maar zo heb ik de uitdrukking “buiten het gebouw” niet bedoeld. Iemand kan namelijk naar een kerkgebouw gaan, maar als hij nog niet bekeerd is dan zit hij wel in dat gebouw, maar hij bevindt zich nog buiten het geestelijke gebouw dat de Bijbel bedoelt met het woord “gemeente”. In een kerkgebouw kan zo iemand gelukkig tot bekering komen en dan als levende steen opgebouwd worden tot de geestelijke tempel. Het pasklaar maken van zo’n geestelijke steen wordt niet in de geestelijke tempel gedaan, maar daarbuiten. In die zin is er een vergelijking te trekken met de bouw van de tempel in Jeruzalem in de tijd van Salomo.
Komen tot Christus
Het is niet overbodig aan lezers van dit artikeltje die onkerkelijk zijn te vragen of ze niet met belijdenis van hun zonden willen komen tot de Heer Jezus om door het geloof in Hem opgebouwd te worden tot die geestelijke tempel, die Gemeente heet. Evenmin is het niet overbodig dezelfde vraag te stellen aan kerkbezoekers die nog nooit in hun hart de Heer Jezus aangenomen hebben als Heiland en Heer. Zolang ze dat namelijk niet gedaan hebben zitten ze zondags wel in het kerkgebouw, maar staan ze nog buiten het geestelijk gebouw.