In vroeger tijd gebruikte men vrij algemeen het persoonlijk voornaamwoord ‘gij” en dat vooral in gesprek met een hoger geplaatst persoon. In later tijd sleet dat gebruik uit behalve in geestelijk opzicht. Er zijn nog een aantal mensen die in het gebed God en Jezus Christus met “gij’ aanspreken, maar dat aantal neemt af omdat jongeren deze aanspraak niet gebruiken. Het zijn alleen enkele ouderen die nog op die manier God aanspreken.
Een taalpraatje voor belangstellenden
In Engeland is er nog al wat discussie over dit onderwerp. Dat is begrijpelijk omdat de Engelsen in het algemeen conservatief zijn ingesteld. Ze spreken God aan met ‘thou’ of afhankelijk van de naamval met ‘thee” . Het Engels gebruikt ‘ye’ als meervoudsvorm voor personen. Wij zouden in dat geval ook ‘gij’ kunnen zeggen want ‘gij’ kan zowel in het enkelvoud als in het meervoud gebruikt worden. Zouden we dat meervoud heel duidelijk willen aangeven dan zijn we op de aanspraak ‘gijlieden’ moetenaangewezen, maar dat woord is totaal verouderd. De Engelsen kennen zelfs het bezittelijk voornaamwoord ‘ thy’(uw) and ‘thine’ (van u). In Jh 17:11 vind je zowel ‘thou’ als ‘thine’ in één zin bij elkaar. In het Nederlands kennen we geen bezittelijk voornaamwoord voor God anders dan ‘uw’. In Jh 17:11 lezen we dan ook “bewaar ze in ‘uw’ naam die ’Gij’ mij gegeven hebt”. Nieuwere vertalingen hebben daar “Gij” door ‘U’ vervangen waarbij men ’u’ al of niet met een hoofdletter geschreven heeft.
Dit taalkundige praatje wil ik besluiten met de vraag aan de ouderen om voortaan ‘Gij’ door ‘U’ te vervangen. Men mag dan ‘Gij” eerbiediger vinden klinken maar de jeugd vindt het alleen maar ouderwets en luistert moeilijk naar een gebed waarin ‘Gij’ gebruikt wordt.