Actueel gesprekspunt
Vroeger kwam het onderwerp “polygamie” vrijwel alleen ter sprake als we het hadden over de Mormonen. In de begintijd van deze beweging werd door de aanhangers ervan polygamie algemeen als geoorloofd aanvaard. Zelfs werd dit huwelijksverband door hen met een beroep op de Bijbel gepropageerd.
In later tijd heeft men in de staat Utah de polygamie afgeschaft. Dat gebeurde echter onder politieke druk, men wilde namelijk de staat Utah niet als staat erkennen als de polygamie er gehandhaafd bleef. De Mormonen hebben hun opvatting over polygamie echter nooit als leerstellig onjuist veroordeeld. Zelfs is er een bepaalde afsplitsing binnen de beweging ontstaan waarin men in de praktijk de polygamie (nog steeds) handhaaft.
De herleving van de Islam
Actueler is het onderwerp geworden door de herleving van de Islam in onze tijd. In principe staat de Islam namelijk een meervoudig huwelijk toe. Daar de Nederlandse wet een dergelijk huwelijk niet erkend, komt het in ons land niet officieel voor, maar het is wel veel meer een gespreksonderwerp geworden dan vroeger.
Daarbij stellen christenen zich dan vaak de vraag waarom polygamie eigenlijk niet mag, het wordt immers nergens in de Bijbel verboden? Genoeg reden dus om ons eens in dit onderwerp te verdiepen.
Niet verboden, maar wat zegt dat?
Er staat inderdaad nergens in de Bijbel dat een man niet meer dan één vrouw mag hebben. Nu bestaan er ten opzichte van zaken waarover de Bijbel zich niet expliciet uitspreekt twee meningen die beide eenzijdig zijn. De ene opvatting luidt:
Wat niet geboden is, is verboden.
Een dergelijke stelling voert tot wetticisme en biblicisme. De andere mening is:
Wat niet verboden is, is toegestaan.
Deze stelling voert tot willekeur.
Zo hoort men ten aanzien van de kwestie van de polygamie enerzijds de uitspraak: er staat nergens dat het mag, dus het is verboden, maar anderzijds verneemt men zoals al opgemerkt ook wel geluiden als ‘Er staat toch nergens dat het verboden is’’, dus mag het.
De voorstanders van de ene zowel als van de andere ‘stelling’ vergeten echter dat we als christenen niet enkel leven bij op zichzelf staande geboden of verboden, maar bij het onderricht dat we in het hele woord van God vinden. Daarbij geldt het bekende gezegde: ‘Een goed verstaander heeft aan een half woord genoeg’ of beter: een goed verstaander luistert naar de tendens die we in heel de Schrift vinden.
Voorbeelden van polygamie bij gelovigen in het OT
Het voorgaande neemt niet weg dat we in de Bijbel diverse voorbeelden vinden van een polygaam huwelijk en dat niet alleen van godvijandige personen zoals Lamech (Gn 4: 23), die zover wij weten de eerste was die zich meer dan één vrouw nam. Nee, ook diverse Godsmannen in de oude bedeling hadden twee of meer vrouwen. Neem Abraham, de vader van de gelovigen, hij had in elk geval twee vrouwen. Zijn kleinzoon Jakob leefde met vier partners. Elkana had er twee, Hanna en Peninna, en David de man naar Gods hart,bezat er een stuk of tien en dan nog de nodige bijvrouwen. Salomo spant de kroon hij kon keus maken uit duizend vrouwen om er het bed mee te delen. Voorbeelden dus te over van bigamie of polygamie.
Maar hoe zit het dan met David?
Maar er is meer, want ten aanzien van David zegt God: ‘Ik heb u gegeven het huis van uw heer en de vrouwen van uw heer in uw schoot’ (1 Sm 12: 8). Wat wil je bij zo ‘n krasse uitspraak dan nog tegen polygamie inbrengen?!
Deze uitspraak betekent niet dat God in tegenstelling tot het voorbeeld van Adam en Eva aan David tien vrouwen gaf. Die tien vrouwen nam David zelf.
Bij dit woord van God moeten we naar de bedoeling van deze uitspraak vragen en die beschouwen om de samenhang van de tekst. Wel de zaak is dat David er meer vrouwen op na kon houden omdat hij de positie van koning van God had gekregen en God hem de overwinning had geschonken over het huis van Saul. Die positie had hij niet aan zichzelf te danken, maar aan de Heer (zie 2 Sm 12:7) In die zin had God hem die vrouwen gegeven en hij had daar genoeg aan moeten hebben, maar hij pikt het ene schaap bij zijn buurman weg. Door overspel en doodslag verwerft hij zich Batseba..
De algemene les van de Bijbel
In gevallen zoals bovenstaande is het van belang – zoals al opgemerkt – de algemene les van de bijbel na te gaan en daarna te kijken naar die teksten die daarmee in strijd schijnen te zijn. Die algemene les vinden we in Gn 2:24. Ten eerste lezen we daar dat God aan Adam één vrouw gaf en niet meerdere,
Ten tweede lezen we een woord dat slaat op de toekomst te weten: “daarom zal een man zijn vader en moeder verlaten en zijn vrouw aanhangen en zij zullen tot één vlees zijn”. Het woordje “zij” slaat op die man en zijn vrouw. Van meerdere vrouwen is helemaal geen sprake. Er staat zijn vrouw en niet zijn vrouwen aanhangen.
Dan is er nog een derde punt: in Mt 19:5 voert de Heer Jezus deze tekst namelijk aan in zijn gesprek met de Farizeeën en preciseert Hij de uitspraak uit Gn. 2 met de woorden “en die twee zullen tot één vlees zijn”. Er wordt dus niet over meerdere personen gesproken die op een of andere manier in de huwelijksband begrepen zouden zijn.
Dit geeft al duidelijk aan wat Gods gedachten over het huwelijk zijn.
Maar er is meer, we hebben ook de les van de praktijk. Zien we naar de polygame huwelijken in de Bijbel dan merken we op dat zo’n verbinding hopeloze moeilijkheden met zich meebrengt.
Zie naar de verdeeldheid in het gezin van Abraham. Let op de jaloezie in het gezin van Jacob. Zie naar de situatie in het gezin van Elkana en merk de dramatische toestand op in het gezin van David.
Een vrouw kan haar man niet met een ander delen, ze wil hem alleen bezitten en een man kan in een polygame verbinding niet van elk van zijn vrouwen precies evenveel houden en dat wekt altijd jaloezie op.
Het polygame huwelijk houdt bovendien een vernedering voor de vrouw in, want zij alleen is dan kennelijk geen volwaardige partner.
De man van één vrouw
Gaan we naar het Nieuwe Testament dan moet 1 Tm 3:2 zo gelezen worden dat een man die met meerdere vrouwen getrouwd was (wat toen in heidengebieden voorkwam, net als nu nog) geen ouderling kon wezen. Zijn huwelijk was geen voorbeeld voor anderen.
We merken ook dat in al die gevallen waar over het huwelijk gesproken wordt ( Rm 7; 1 Ko 7, e.a.) het steeds gaat over één man en één vrouw.
Helaas is de zonde ingekomen en ging begeerte een rol spelen. De mens (man) ‘had niet genoeg’ aan één vrouw en wilde meer sexuele vrijheid en bevrediging (wat men echter aan de vrouw niet toestond). Zo deed het polygame huwelijk zijn intrede.
De aartsvaders hebben helaas de ‘wereldse’ gewoonte die met Lamech begon overgenomen. God heeft ze daarover niet in directe zin bestraft, maar de kwalijke gevolgen hebben ze wel degelijk geoogst in hun leven.
Kortom: Polygamie is niet naar Gods gedachten en roept de veroordeling over zich af in de praktijk