Een broeder vroeg me laatst wat het verschil in geestelijke betekenis is tussen de doortocht van het volk Israël door de Rode zee en de doortocht van het volk door de Jordaan.
Over de naam Rode Zee zou nog wel iets te zeggen zijn, want je komt die naam niet tegen in de gangbare vertalingen van de Bijbel. Wel wordt hij gebruikt in de zogenaamde Septuaginta, dat is de Griekse vertaling van het Oude Testament.
In de Statenvertaling wordt de Rode zee de Schelfzee genoemd. Zie Ex. 10:19; Dt. 11:4; Jz 2:10; 4:23; Nh 9:9; Ps 106:7,9,22; 136:13,15 en Jr 49:21. De NBG-vertaling van 1951 gebruikt deze naam ook. Nieuwere vertalingen zoals de NBV en de Naardense Bijbel noemen die zee de Rietzee.
Maar ter zake: de vraag betreft de typologische betekenis van de beide doortochten van het volk Israël. Ik zou die als volgt willen weergeven:
De Rode zee zowel als de Jordaan stellen ons de dood van Jezus Christus voor.
De doortocht door de eerste van deze beide wateren spreekt in typologische zin ervan dat wij als het volk van God (denk aan Tt 2:14) daardoor werden gescheiden van de wereld (Egypte) waarin we slaven waren en verlost zijn van de macht van de overste van deze wereld, te weten de satan, waarvan de Farao een beeld is. Sla hierbij ook Hb 2:14 op.
De doortocht door de Jordaan stelt voor dat wij als gelovigen met Christus gestorven zijn en geplaatst zijn in de hemelse gewesten in Christus. De term hemelse gewesten komen we een paar keer tegen in de brief aan de Efeziërs. Volgens Ef 1:3 zijn wij gezegend met alle geestelijke zegening in de hemelse gewesten. Christus is gaan zitten in de hemelse gewesten (1:20) en wij zijn daar ook gezeten in Christus Jezus (2:6). De bedoeling van God is dat aan de overheden daar de veelvoudige wijsheid van God bekend gemaakt wordt (3:10).
Deze hemelse sferen stellen ons niet onze plaats in de hemel voor want in de hemel hebben we geen strijd meer en die hebben we volgens Ef 6:12 nog wel en om in die strijd staande te blijven moeten we de hele wapenrusting van God aandoen.
Overzichtelijk gesteld:
a. de doortocht door de Rode zee of Schelfzee stelt ons voor dat we door de dood van Christus verlost zijn van de slavernij in de wereld, dat we bevrijd zijn van de overste van deze wereld en we pelgrims in de woestijn geworden zijn, zoals dat met Israël letterlijk het geval was ten aanzien van hun verlossing uit Egypte
b. de doortocht door de Jordaan stelt ons voor dat we met Christus gestorven zijn en een nieuwe plaats gekregen hebben in een hemelse sfeer waar alle zegeningen voor ons klaar liggen en we daarvan mogen genieten, zoals Israël mochten genieten van de zegeningen in het land. Maar net zoals Israël nog te strijden had tegen de machten in het land zo kennen wij een strijd tegen de listen van Satan en zijn handlangers die ons willen verhinderen te genieten van onze geestelijke zegeningen.
De hemelse gewesten stellen ons dus niet voor onze definitieve plaats in de hemel maar de hemelse sfeer waar we nu al in Christus zijn geplaatst .