Na jarenlange spanning is eindelijk de uitbarsting gekomen. Faroek, koning van Egypte, heeft troonsafstand gedaan. Er zullen niet veel onderdanen rouwig zijn over zijn heengaan. De vijftien jaar geleden zo populaire koning heeft het bij zijn volk totaal verbruid. Hij is wel een van de meest despotische vorsten van zijn tijd geworden. Het land zuchtte onder zijn hard en onrechtvaardig bewind. De wijze waarop hij zijn tweede vrouw verkregen heeft, heeft hem de antipathie van de gehele wereld bezorgd. En dan te bedenken dat de naam Faroek betekent: “hij, die zorgvuldig onderscheid maakt tussen goed en kwaad”.
Eens stond er in de Hof van Eden een boom genaamd: “De boom der kennis des goeds en des kwaads”. Satan verleidde de mens om van de verboden vrucht van die boom te eten. Sinds die tijd heeft de mens het vermogen om goed en kwaad te onderscheiden. Maar het is met alle mensen precies als met Faroek. Het goede en kwade te onderscheiden is nog wat anders dan het goede te doen en het kwade te oordelen. God eist, en het is een rechtvaardige eis, dat de mens, dus u ook, het goede doet en het kwade haat. En al bent u misschien niet zo uit de band gesprongen als exkoning Faroek, in Gods heilig licht bezien bent u ook iemand, die met al het vermogen om het goed en kwaad te onderscheiden, toch het kwade hebt gedaan en het goede hebt nagelaten. We hebben als mens persoonlijk en als mensheid in het algemeen gefaald. Onze geschiedboeken zijn practisch niet anders dan opsommingen van oorlogen en de daarmee gepaard gaande misdaden, kuiperijen, moord en dergelijke.
Ook voor ons komt eenmaal de uitbarsting. Maar dan van Godszijde. Hij, die ’t waarachtig onderscheid tussen goed en kwaad maakt, zal ook ons moeten verbannen. Gods oordeel zal komen over de wereld en de mensheid, dus ook over u. Weet ge het verbanningsoord?
Luister:
“En deze zullen gaan in de eeuwige pijn” Matth. 25 : 46a.
“Die werd geworpen in de poel des vuurs” Openb. 20 : 15.
“Hun deel is de poel, die met vuur en zwavel brandt, hetwelk is de tweede dood” Op. 21 : 8.
“En zullen hun, werpen in de oven des vuurs, daar zal wening zijn en knersing der tanden” Matth. 13 : 50.
Gij ook zijt op weg naar dat oord der verschrikking, naar het eeuwig verderf, als u …. ja, er is een als … Als u Jezus niet aanneemt als uw verlosser. God moet u om uw zonden veroordelen, maar Hij wil uw behoud. Daarom zond Hij Jezus Christus, die op Golgotha’s kruis de straf der zonde droeg.
Maar … u moet het geloven, u moet het aannemen. Wanneer u Jezus als uw zaligmaker aanneemt, dan bent u niet meer op weg naar het verderf. Dan wacht u de hemelse heerlijkheid. “Maar de rechtvaardigen (d.w.z. de door het geloof in Christus gerechtvaardigden) zullen gaan in het eeuwige leven.” Matth. 25 : 46b.
Wilt u als een Faroek. die voor een tijdje leeft naar de wellust van zijn hart, voor eeuwig verbannen worden, òf wilt u als een verloren zondaar Jezus Christus aannemen en het eeuwige leven beërven ?