Genesis 1:3
Vraag:
Wat is verschil tussen het licht, dat God op de eerste scheppingsdag maakte en het licht afkomstig van de lichten, die God op de vierde dag maakte?
Antwoord:
Er bestaat geen gegronde reden om onderscheid te maken tussen de aard van het eerste licht en dat van het later genoemde. De vraag wat licht is, is trouwens nog nooit afdoende beantwoord, er bestaan twee theorieën over, die elkaar eigenlijk uitsluiten, maar dat laten we hier rusten.
Over de wijze waarop het licht van de eerste scheppingsdag ontstaan is, wordt ons niets meegedeeld. Er wordt geen (geschapen) lichtbron bij vermeld. Het enige wat we zeggen kunnen is, dat God Zelf licht is. Dat behoort tot Zijn wezen. En in de chaos van de schepping, zoals vers 2 die beschrijft, gebiedt Hij het licht te schijnen. Hier zit een geweldige geestelijke les in, waarop door Paulus gedoeld wordt in 2 Kor.4: 6.
Op de vierde dag worden de hemellichten geschapen als speciale lichtbronnen voor de aarde. Sommigen menen, dat zon, maan en sterren wat hun materie betreft al gevormd zijn bij de schepping van hemel en aarde waarover vers 1 spreekt en dat ze eerst nu tot lichtbronnen gesteld worden. De tekst van de Schrift geeft echter niet veel steun voor deze gedachte, er staat: ‘God maakte de beide grote lichten… en de sterren’.
Dit probleem laten we verder rusten. Er valt op de vraag niet veel meer te antwoorden dan dat God op de vierde dag na de schepping van het licht in het algemeen nu speciale lichtbronnen in het leven roept, waarbij het licht wat de aard van het verschijnsel betreft niet behoeft te verschillen van het eerst gevormde licht.