Betreft: 2 Petr. 1:7
Vraag:
Is broederliefde alleen gericht op medegelovigen en niet op alle mensen?
Antwoord:
In 2 Petr. 1:7 wordt eerst gesproken over ‘broederliefde’ en daarna over de ‘liefde jegens allen’. Er worden hier twee verschillende woorden of uitdrukkingen gebruikt. Dat betekent, dat het óf om twee verschillende zaken gaat, óf dat het om twee verschillende aspecten van één en dezelfde zaak gaat.
Nu gaat het bij liefde tot God, liefde tot de broeders en liefde tot alle mensen om ‘liefde’. Dat is in deze drie gevallen het bindende element. Er is echter een verschil ‘in voorwerp’ waarop de liefde zich richt.
a. De liefde tot God richt zich uiteraard op God en is onze wederliefde tot Hem, omdat Hij ons zijn liefde heeft betoond in de Heer Jezus Christus.
b. De liefde tot de broeders richt zich op medegelovigen. We hebben ze lief omdat ze net als wijzelf tot de familie van God behoren. We gevoelen de gezamenlijke band in de Heer Jezus.
c. de liefde (jegens allen) slaat op de liefde jegens alle mensen. Het is niet hetzelfde als mensenliefde in het algemeen (altruïsme). Die liefde kan een ongelovige ook wel opbrengen. Nee, het is de liefde tot mensen die verloren zijn. Het is de liefde van God die Hij in onze harten heeft uitgestort door de Heilige Geest (Rom. 5:5), waardoor wij niet alleen God liefhebben, en niet alleen de broeders, maar ook de mensen die verloren zijn.