De harmonie van de Schrift blijkt als we de profetieën aangaande Jezus Christus nagaan. We hebben dit al gezien wat betreft de “stamboom”. Hij is geboren uit een rij voorouders die door de Schriften eenstemmig zijn aangewezen.
Er is echter meer. Jesaja kondigt de wondere geboorte van Christus uit een jonkvrouw of maagd aan (Jesaja 7 vers 14) en de evangelisten Mattheüs en Lukas verhalen hoe dat werkelijkheid is geworden. De profeet Micha onthult dat zijn geboorteplaats Bethlehem zou zijn en Mattheüs 2 vers 1 beschrijft de vervulling van die voorzegging. Dat de Messias veracht zou worden lezen we in Jesaja 53 vers 3, en het Nieuwe Testament laat zien hoe veracht Hij wel was.
In datzelfde hoofdstuk van Jesaja lezen we dat Hij zieken zou genezen en de evangeliën beschrijven de vervulling ervan (zie b.v. Mattheüs 8 vers 17).
Het verraad door één van Zijn vrienden is in Psalm 41 vers 10 voorzegd en ook de prijs van het verradersloon, te weten dertig zilverlingen, is tevoren aangekondigd (Vergelijk Zacheüs 11 vers 12 met Mattheüs 26 vers 15).
Dat Jezus Christus op een ezel Jeruzalem zou binnenrijden als de nederige koning, heeft Zacharia aangekondigd (hoofdstuk 9 vers 9), en de evangelist Mattheüs beschrijft de vervulling ervan (hoofdstuk 21 vers 1 – 11).
De tijd van Zijn overlevering is door Daniël voorzegd in diens merkwaardige profetie over de zeventig weken, en ze is precies uitgekomen. Maar ook dat is nog niet alles. Dat de Messias bespuwd werd, verhaalt ons Mattheüs (hoofdstuk 27 vers 30), maar het was lang tevoren voorzegd door Jesaja (hoofdstuk 50: vers 6). Zijn kruisdood (in afwijking van de normale doodstraf onder de Joden: de steniging) volgt uit de woorden van Psalm 22 vers 17, waar sprake is van het doorboren van zijn handen en voeten. Evenzo is aangegeven dat men Hem azijn te drinken zou geven (Psalm 69 vers 22, vergelijk Mattheüs 27 vers 48).
Zijn kruisiging tussen misdadigers; zijn begrafenis in het graf van een rijke man in plaats van in het graf bij de misdadigers; het verloten van zijn kleren; het niet breken van zijn benen – wat bij de misdadigers wel gebeurde-, het doorsteken van zijn zijde is allemaal in het Oude Testament voorzegd, en het Nieuwe Testament laat zien hoe al deze voorzeggingen en nog vele daarbij stuk voor stuk zijn uitgekomen.
De Schriften getuigen van Christus, en daarin komt de eenheid van de Schrift duidelijk uit. Deze feiten te weten baat ons op zichzelf echter niets. We moeten niet slechts de feiten aangaande Christus kennen, we moeten Hem Zelf als persoon, als onze heiland en Heer aannemen. Dat betekent vrede en blijdschap en eeuwig leven.