DE WEERSTAND TEGEN HET CHRISTELIJK GELOOF WORDT OPGEWEKT DOOR DE leer, bijv. dat Christus geboren is uit een maagd
- dat God zijn zending heeft bevestigd door krachten, wonderen en tekenen;
- dat er alleen redding is door zijn zoendood, zonder enige bijdrage van de mens;
- dat Christus uit de doden is opgestaan, ten hemel is gevaren en nu zit aan Gods rechterhand.
De weerstand tegen het christelijke geloof wordt eveneens veroorzaakt door de onverbiddelijke eis van bekering: de poort is eng en je moet er gebukt door, en de wandel op het smalle pad vraagt zelfverloochening.
Voorts wekt het christelijk geloof weerstand op door de eis vanheiligheid, die aan de christen gesteld wordt, een eis die vaak lijnrecht ingaat tegen de moderne opvattingen; denk aan homosexualiteit, echtscheiding, abortus, e.d.
Er zouden nog meer dingen te noemen zijn, maar dit zijn een aantal kernpunten. We zouden heel wat weerstand tegen het geloof kunnen wegnemen als we de leerstellingen wat zouden nuanceren en de eisen wat zouden afzwakken, en je ziet dat in de christenheid gebeuren. Het betekent echter een verloochening van het geloof. In deze dingen is het alles of niets; een tussenweg is er niet.
Er is echter een weerstand tegen het christelijk geloof waar we wél iets aan kunnen doen. Dat is de weerstand die opgewekt wordt door onze houding en ons gedrag. Namelijk wanneer onze houding zo zelfverzekerd, arrogant en koud is, en wanneer ons gedrag lijnrecht in de strijd is met wat we belijden. Als zich zulke dingen voordoen, hebben we dat te veroordelen en te corrigeren. Want dit soort weerstand roepen wij op, en die komt dus voor onze verantwoording.