1-Samuël 1:1 – BIGAMIE EN POLYGAMIE
Bigamie
Het eerste deel van dit artikel zal voor meeste lezers het intrappen van een open deur zijn, omdat het voor hen een uitgemaakte zaak is dat een meervoudig huwelijk in strijd is met Gods Woord. Maar een broeder – en dat was niet de eerste de beste – zei eens tegen mij dat hij het nog niet zo eenvoudig vond om dit vanuit de Schrift te bewijzen. Vandaar dat ik toch op de leerstellige kant van deze zaak inga. Dit te meer omdat we door de toeloop van moslims in ons land meer dan vroeger met deze kwestie te maken kunnen krijgen. In het tweede deel ga ik dan op de praktische kant van deze zaak in.
Leerstellige benadering
Bigamie houdt in dat een man met twee vrouwen een huwelijksverhouding heeft In 1Sm1:1 stuiten we op dit verschijnsel, Er staat dat een zekere Elkana twee vrouwen had, te weten Hanna en Peninna. Nauw verwant ermee is het verschijnsel van polygamie (‘veelwijverij’) dat we erbij behandelen.
Als christenen keuren we een dergelijke huwelijksverhouding ‘vanzelfsprekend’ af, maar is dat wel zo vanzelfsprekend? Er staat toch nergens in de Bijbel dat een man niet meer dan één vrouw mag hebben?
Nu bestaan er ten opzichte van zaken waarover de Bijbel zich niet expliciet uitspreekt twee meningen die beide eenzijdig zijn. De ene luidt: wat niet geboden is, is verboden.
Een dergelijke stelling voert tot wetticisme en biblicisme (een krampachtig vasthouden aan de letter van de Schrift tekst van de Schrift met voorbijgaan aan de bedoeling van tekst en context). De andere mening is:wat niet verboden is, is toegestaan. Deze stelling voert tot willekeur.
Zo hoort men ten aanzien van de kwestie van de bigamie en polygamie enerzijds de uitspraak:’Er staat nergens dat het mag, dus het is verboden’. Maar anderzijds verneemt men ook wel geluiden als ‘Er staat toch nergens dat het verboden is’. De voorstanders van de ene zowel als van de andere ‘stelling’ vergeten echter dat we als christenen niet enkel leven bij op zichzelf staande geboden of verboden, maar bij het onderricht dat we in het hele woord van God vinden. Daarbij geldt het bekende gezegde: ‘Een goed verstaander heeft aan een half woord genoeg’. Of beter: een goed verstaander luistert naar de tendens die we in heel de Schrift vinden.
Pro en contra
Bij onderwerpen waarover God Zich in zijn woord niet expliciet uitspreekt kan men zowel pro- als contra-argumenten aanvoeren. Diverse Godsmannen in de oude bedeling hadden twee of meer vrouwen. Neem Abraham, de vader van de gelovigen: hij had in elk geval twee vrouwen. Zijn kleinzoon Jakob leefde met vier vrouwen. David de man naar Gods hart, had er een stuk of tien en dan nog de nodige bijvrouwen. En Salomo had zelfs duizend vrouwen. Voorbeelden dus te over van bigamie of polygamie.
Ten aanzien van David zegt God zelfs: ‘Ik heb u gegeven het huis van uw heer en de vrouwen van uw heer in uw schoot’ (2Sm12:8). Wat hebben we bij zo’n krasse uitspraak dan nog tegen polygamie in te brengen? God gaf David toch zijn vele vrouwen!
Toch is hiermee niet alles gezegd. Ten eerste is er de instelling van het huwelijk zoals beschreven in Gn2:24. ‘Daarom zal een man zijn vader en moeder verlaten en zijn vrouw
aanhangen en zij zullen tot één vlees zijn’
Gods handelen is tevens spreken. Dat geldt voor al zijn scheppingsdaden. Zie maar eens wat Paulus met betrekking tot de schepping van het licht zegt in 2Ko4:6. Dat geldt ook van de schepping van de vrouw. God formeert voor Adam niet verschillende vrouwen om als een hulp tegenover hem te fungeren, maar slechts één en voor de goede lezer is dat van doorslaggevend belang. Het is eveneens van belang op te merken dat vers 24 niet in eerste instantie spreekt over Adam, maar over de mannen en vrouwen die uit Adam en Eva geboren zouden worden. Adam hoefde en kon zelfs niet zijn vader en moeder verlaten, want hij had geen ouders. Er werd dus een voorschrift gegeven dat voor heel het nageslacht van Adam zou gelden. Zie ook de verwijzing van de Here Jezus in Mt19:4-9, waar in vers 5 sprake is van ‘die twee’
De eerste die zich meer dan één vrouw neemt, is zover wij weten de godvijandige Lamech (Gn4:23).Daarmee is de veelwijverij in zwang gekomen. Helaas hebben de gelovigen’ dit voorbeeld van de ongelovigen gevolgd. God is hen daarin niet openlijk tegengekomen, maar naar zijn gedachten was het niet, en dan blijkt o.a. uit de praktijk van het meervoudig huwelijk, zoals we zullen zien.
Een tweede aanwijzing treffen we aan in 1Tm3:2 waar als voorwaarde voor een oudste geldt dat hij de man is van één vrouw en niet van meer. Dit is niet een specifieke eis voor een oudste die niet zou gelden voor andere mannen. De andere voorwaarden die aan een oudste gesteld worden, gelden immers in principe ook voor elke man. Als iemand daar niet aan voldeed dan was hij niet geschikt voor het ouderlingschap.
Maar hoe zit het dan met David? Iemand zou kunnen zeggen: ‘Dat is allemaal wel mooi beredeneerd, maar hoe zit het dan met het feit dat God David zoveel vrouwen gegeven geeft?’. Dit woord zullen we in zijn samenhang moeten plaatsen. Deze uitspraak wil niet zeggen dat God zoveel vrouwen aan David gaf in afwijking van het voorbeeld van Adam en Eva.
David heeft zich niet tevreden gesteld met de vrouwen die hij had, maar heeft Bathséba genomen en Uria laten omkomen. De positie die David had, had hij niet aan zichzelf te danken, maar aan de Heer. Het feit dat hij er zoveel vrouwen op na kon houden had hij niet aan zichzelf te danken, maar aan de Heer. In die zin had God hem die vrouwen gegeven en hij had daar genoeg aan moeten hebben, maar hij pikt ‘het ene schaap’ bij zijn buurman weg. Het was niet naar Gods gedachten dat David zoveel vrouwen had, maar nu hij ze had, moest hij wel bedenken dat hij ze alleen bezat omdat God hem het koningschap gegeven had.
Praktische benadering
Er is nog een derde aanwijzing voor de welwillende verstaander en dat is dat een meervoudig huwelijk geen goed gezinsleven brengt. En nu worden we met de neus gedrukt op de praktijk van het huwelijk. Natuurlijk kan er in een enkelvoudig huwelijk ook van alles misgaan en we zien dat helaas steeds meer om ons heen, maar een meervoudig huwelijk heeft de kiem van ‘misgaan’ per definitie in zichzelf. Een meervoudig huwelijk is in feite een discriminatie van de vrouw. Een man kan nooit van al zijn vrouwen evenveel houden.
Jaloezie tussen de diverse vrouwen is dan ook haast niet te voorkomen. Van een ordelijk gezinsleven waarbij de kinderen een evenwichtige opvoeding krijgen is eigenlijk geen sprake. Je ziet de jaloezie al bij Sara en Hagar. Kijk hoe de vrouwen van Jakob sollen met hun man wat het seksuele leven betreft. Kijk naar het gezin van David en merk op hoe zijn kinderen zich misdragen. De wijsheid van God komt uit in de huwelijksinstelling waarbij God de man bindt aan één vrouw en we zien de dwaasheid van de mens uitkomen in die gevallen waarin hij meent zich meer vrouwen te kunnen veroorloven. Dit geldt ook voor mannen die er een geheime liefde op na houden. Ze maken daarmee na kortere of langere tijd hun huwelijk kapot. Dat is iets wat niet ver van ons bed ligt zoals de vraag van de polygamie!
Nogmaals: de hele tendens van Gods Woord getuigt, zowel leerstellig als praktisch, tegen polygamie en tegen een meervoudige liefdesverhouding. Laten we het toch niet beter willen weten dan God. Laten we als man en vrouw elkaar met een onverdeeld hart toegewijd zijn. Dat is tot eer van God en tot zegen van onszelf en niet te vergeten tot zegen voor onze kinderen als God ons die heeft toevertrouwd.