Vraag:
In de Bode van maart 1990 las ik in de rubriek ‘TenSlotte’, de laatste regel: ‘Uiteindelijk is ook de satan slechts een werktuig van Hem.’ In de Bode van maart 1995 staat echter vermeld: ‘Nee, de Heer zal zijn overwinning over de satan bewijzen door deze uiteindelijk in de hel te werpen. Dit is volstrekt in tegenstelling met elkaar. Kunt u mij helderheid verschaffen?
H.Jager, Eindhoven
Antwoord:
Het is in de lezer te waarderen dat hij zó aandachtig de Bode leest dat hij over een verloop van vijf jaar artikelen weet te combineren. Voor ons als redactie is dat een bemoediging. Maar dan nu de kwestie zelf. Die is best belangrijk. Hoe kan God namelijk een werktuig dat Hij gebruikt, uiteindelijk veroordelen en in de hel werpen? Als mens werp je een goed werktuig toch niet weg, tenzij het ondeugdelijk is geworden, maar dat laten we hier buiten beschouwing.
De kwestie is echter dat Satan (na zijn val) nooit een goed werktuig is geweest. Hij was en is een werktuig tegen wil en dank. Hij stelt zich niet in dienst van God om Hem oprecht te dienen en het goede te bereiken, integendeel: hij probeert het werk van God af te breken. God is echter zo machtig dat Hij dát ten goede gebruikt wat Satan ten kwade probeert uit te richten. Een prachtig voorbeeld dat dit beginsel illustreert, hebben we in Jes.10:511. In dat gedeelte wordt gezegd, dat Assur de roede is in de hand van God om zijn volk, dat hier een ‘godvergeten volk’ wordt genoemd, te tuchtigen. Assyrië was dus een werktuig in Gods hand.
Dit wereldrijk trok inderdaad tegen Juda op, maar deed het dat omdat het God wilde dienen? Deed het dat met pijn in het hart omdat ze het erg vonden Gods volk te moeten tuchtigen? Als dat zo was geweest, dan had God de Assyriërs kunnen belonen voor het feit dat ze toch bereidwillig waren om de raad van God aangaande zijn volk te vervullen. Maar zo werkte het helemaal niet. Ze hadden helemaal geen bevel van God gekregen om een roede van zijn toorn te zijn. Assur trok tegen juda op uit eigen initiatief met het doel om buit te halen en het spotte met de God van Israël.
Daarom staat in vs.12 dat God de hooghartigheid van Assur aan hem bezoeken zal. Ondertussen waren ze toch een werktuig in Gods hand zonder dat ze dat wilden of beseften. Welnu, met Satan is het precies zo. Zijn kwade plannen en praktijken gebruikt God om zijn raad te vervullen (vgl. Hand.4:27,28) en er zijn doel mee te bereiken. In die zin is Satan, zonder het te willen, een werktuig in Gods hand. Wegens zijn boze opzet heeft God echter het volste recht om hem te oordelen en in de hel te werpen.