Je kunt tegenwoordig geen Christelijk tijdschrift opslaan of je komt wel ergens de naam van Hal Lindsey tegen. Daarbij wordt deze voormalige sleepbootkapitein door de één verheven en door de ander veracht. Zelfs de neutrale pers blijkt om de schrijver van de bestseller: ‘De planeet, die aarde heette’ niet meer heen te kunnen.
Op een bijzonder felle reactie in een dagblad wil ik hier ingaan, want die raakt op een bepaald punt de kern van het evangelie, namelijk deze: ‘Maar wat doet Lindsey nu eigenlijk? Hij zegt: ‘Er komen verschrikkelijke rampen, red je en geef je aan Jezus over!’ Hij is, met andere woorden, een moderne helen verdoemenisprediker, die speculeert op onze angst en ons egoïsme’.
Arme Noach
De reactie doet me denken aan iemand die geen sleepbootkapitein was, maar toch wat met de scheepvaart te maken had, aan de scheepbouwer Noach namelijk. Moet je Noach horen prediken over het oordeel dat God zenden zal, en zie hem eens ijverig bouwen aan zijn grote schip. Met iedere hamerslag onderstreept hij zijn woorden, dat een oordeel van God de mensheid zal wegvagen van de aarde. Wat een speculant op de angst van de mensen. En wat een egoïst, hij zorgt voor zijn eigen hachje: er mogen er nog een paar bij misschien, maar de hele mensheid kan niet in zijn ark, die moeten dus maar omkomen.
Zo kun je dat wat Hal Lindsey verweten wordt Noach ook wel in de schoenen schuiven.
Wie spreekt er nog over de hel en het oordeel?
Leest u wel eens een Christelijk tijdschrift? Luistert u wel eens naar een Christelijke radio-uitzending? Leest u of hoort u dan wel eens iets over de hel en over het oordeel? In doorsnee toch immers niet. Maar wist u dat Jezus Christus meer dan eens zeer ernstig over de hel heeft gesproken? Wist u dat uit zijn mond de woorden zijn gekomen:
‘Als dan uw rechteroog u ergert (d.i. ten val zou brengen), trek het uit en werp het van u (dat wil zeggen: kap met de zonde waartoe je oog je verleidt); want het is beter voor u dat één van uw leden vergaat en niet uw hele lichaam in de hel geworpen wordt’ (Matth. 5:29)?
en ook:
‘Wie in de Zoon gelooft heeft eeuwig leven; maar wie de Zoon ongehoorzaam is zal het leven niet zien, maar de toorn van God blijft op hem’ (Joh. 3:36)?
Er is een hel en er is toorn van God. Dezelfde God ie liefde is, is ook een verterend vuur. Er is voor een zondaar alle reden te vrezen als hij aan God denkt. Paulus zegt dan ook: ‘Daar wij dan weten hoe zeer de Heer te vrezen is, overreden wij de mensen’. Dit is geen speculatie op de angst, maar rekening houden met de werkelijkheid.
Als u nog niet met berouw van uw zonden tot God gegaan is en Jezus Christus als uw Heer hebt aanvaard, dan bent u op weg een God te ontmoeten, waarvan de Bijbel zegt: ‘Vreselijk is het te vallen in de handen van de levende God’ (Hebr. 10 vers 31).
Egoïsme?
U moet gered worden en u kunt gered worden. De weg tot redding is echter een ‘enge poort’. Redding is een strikt persoonlijke zaak. ‘Maar’, zegt u, ‘staat er ergens in de Bijbel niet een tekst dat God de wereld liefheeft?’ Luister, de tekst die u bedoelt, luit als volgt:
‘Alzo lief heeft God de wereld gehad, dat Hij Zijn eniggeboren Zoon gegeven heeft, opdat een ieder die in Hem gelooft, niet verloren gaat, maar eeuwig leven heeft’ (Joh. 3:16).
Leest u het goed? ‘Een ieder die gelooft’. Het heil is dus beschikbaar voor elk mens en niet maar voor een paar, zoals het wel eens wordt voorgesteld. In het eerste deel van dit vers is sprake van de wereld, maar het tweede deel spreekt u persoonlijk aan.
En uit het vervolg van de Bijbel weten we dat ‘de wereld voorbijgaat en haar begeerlijkheid’. We weten dat eenmaal de oordeelstijden komen, die tenslotte eindigen in de ondergang van deze schepping. De eindtijd wordt in de Bijbel namelijk uitdrukkelijk vergeleken met de dagen van Noach. De geschiedenis zal zich herhalen. Nog echter laat God het evangelie verkondigen, nog staat Hij met open armen om de berouwvolle zondaar te ontvangen. U moet echter persoonlijk komen. Door de enige poort kun je niet arm in arm. Wees wat het heil betreft maar puur egoïst. Pas als u door de poort heen bent; anders gezegd, pas als u persoonlijk de Here Jezus hebt leren kennen en hebt vertrouwd op Zijn werk, kunt u voor anderen wat betekenen. Dan bent u gered om te redden.
De deur gaat dicht
Tenslotte nog dit: Aan Jezus Christus werd eens gevraagd: ‘Heer, zijn er maar weinigen die behouden worden?’
Het antwoord van de Heiland luidde:
‘Strijdt om in te gaan door de nauwe deur; want velen, zeg Ik u, zullen trachten in te gaan en het niet kunnen. Nadat de heer des huizes is opgestaan en de deur gesloten heeft, zult gij beginnen buiten te staan en aan de deur te kloppen en te zeggen: ‘Heer, doe ons open’, en Hij zal antwoorden en tot u zeggen: ‘Ik weet niet vanwaar gij zijt’ (Lucas 13:23-25).
Dat strijden (de wereld met zijn begeerlijkheden opgeven en je zelf oordelen) en binnengaan (je toevertrouwen aan Jezus Christus) is een strikt persoonlijke zaak. In dit opzicht is er een heilzaam egoïsme. U moet zover komen dat u zegt: ‘Wat moet ik doen om behouden te worden?’
Dat ingaan kan nu nog. Eenmaal gaat de deur dicht? Dreiging? Bangmakerij? Nee, realiteit. God zal eenmaal de deur sluiten, zoals de deur van de ark gesloten werd. Daarom de oproep: Bekeert u en doe het nu!