Iemand stuurde me een antwoordstrookje, dat aan een traktaat had gezeten, terug met daarop de volgende opmerking: “De vraag luidt niet: Hoe raak ik aan de drugs of alcohol (opium), maar hoe raak je er af!”
Als iemand een ongemak heeft gehad of een bepaalde ziekte heeft opgelopen en een ander vraagt belangstellend: Hoe ben je daar nou aangekomen? dan wil het antwoord nog weleens luiden: ‘Zeg me liever hoe ik er weer af kom!”
Inderdaad is het laatste belangrijker dan het eerste… tenminste als het gaat om een ziekte of om letsel door een ongeval. Bij een verslaving is het echter wel degelijk van belang om te weten hoe iemand aan de drugs, de alcohol e.d. verslaafd is geraakt. Als die oorzaak namelijk niet weggenomen wordt, grijpt iemand na een afkickperiode immers toch weer naar de spuit.
Nu zijn er gevallen dat men uit pure nieuwsgierigheid eens wat “stuff” gaat gebruiken of er onwetend intuint door een “sigaret” te accepteren. De meeste gevallen van verslaving hebben echter een andere achtergrond. Ze zijn te wijten aan verveling, eenzaamheid, niet verwerkte tegenslag, lamlendige levensomstandigheden en dergelijke. Men raakt aan de drugs omdat men innerlijk geen stabiliteit kent, geen rust en vrede heeft, geen levensdoel bezit, geen kracht heeft om tegenslagen te verwerken enz.., enz. Er zijn dan ook therapieën waarbij men tracht de patiënt een levensvulling en een houvast te geven, maar vaak probeert men dat dan alleen op het horizontale vlak. Men probeert iemand een plaats te geven in een praatgroep, een werkverband of een bepaalde vereniging. Dit alles met meer of minder resultaat.
Werkelijke bevrijding van verslaving en ware levensvulling vindt men echter alleen bij God en bij Jezus Christus. Augustinus, die als jongeman een losbandig leven leidde, heeft na zijn bekering gezegd, dat het hart geen rust vindt als het niet rust in God.
Tot hen die “dorst hebben” naar geluk en vrede in het hart, naar een levensvulling en een uitzicht op de toekomst, zegt de Here Jezus: “Indien iemand dorst heeft, hij kome tot Mij en drinke” (Johannes 7 vers 37).
En Hij getuigt: “Wie in Mij gelooft, zal nooit meer dorst hebben”(Johannes 6 vers 35).
Mocht een verslaafde dit artikel lezen, dan wil ik hem opwekken zijn schuld voor God te erkennen en te geloven in Jezus Christus, die op het kruis voor zondaars stierf. Gewenst is dan ook een gemeenschap van christenen te zoeken, die steun willen geven in de christelijke levenswandel. U moet dan echter wel oprecht komen, niet met zelfbeklag, maar met zelfoordeel. Stel daarbij uw vertrouwen volkomen op Hem, die gezegd heeft:
“Wanneer dan de Zoon u vrijgemaakt heeft, zult u waarlijk vrij zijn” (Johannes 8 vers 36).