In ons vlakke landje kun je vaak genieten van prachtige wolkenhemels. Soms zien de wolken er dreigend grijs of zelfs inktzwart uit; een andere keer zijn ze haast smetteloos wit. En met een ondergaan de zon vertonen ze een mengeling van geel, oranje en rood. De vorm van de wolken is soms ook heel gevarieerd. Het ene moment trekken allerlei grillige gevaarten aan je oog voorbij, het nadere moment lijkt het net of er een kudde schapen langs de hemel zweeft. Vaak ook zie je een onderdrijvende wolkenlaag zich scherp aftekenen tegen een daarboven voorbijdrijvende formatie. Een prachtig gezicht is dat. Maar je moet er oog voor hebben, natuurlijk.
De dichter van het bekende lied “Beveel gerust uw wegen” moet wel zo’n wolkenlucht voor zijn aandacht gehad hebben toen hij de regels schreef:
“Die wolken, lucht en winden
wijst spoor en loop en baan
zal ook wel wegen vinden
waarlangs uw voet kan gaan”.
Uit dit oude lied spreekt geloofsvertrouwen. Geloofsvertrouwen in God, de grote Schepper en Onderhouder van het heelal. Meer nog, geloofsvertrouwen in God, de Leidsman van allen die in Jezus Christus geloven.
God weet wegen te vinden voor onze voet, maar dat zijn niet altijd mooi geplaveide straten of idyllische bospaadjes. Het kunnen grillige en moeilijk begaanbare wegen zijn. Maar God leidt er ons door heen, zelfs al gaat het door ziekte en dood. In alles wat ons overkomt, mogen we ons geboren weten bij God. Soms lijkt ons leven op zo’n lieflijke wolkenhemel van allemaal schaapjes; de andere keer heeft het meer weg van een onheilspellende, inktzwarte lucht. God gaat echter in alle omstandigheden met ons mee en het einddoel is zeker. Een andere dichter heeft dat zo gezegd:
“Lof zij de Heer, die uw bevende vrees zal beschamen!
Noem Hem uw Vader: de kroon van zijn heerlijke namen!
Dwars door de dood
neemt Hij u op in zijn schoot.
Loof Hem in eeuwigheid, amen!