Voor niet christenen is het christelijk geloof een heel vreemde aangelegenheid. Ga maar na: alle christenen hebben het zelfde heilige boek ‘de Bijbel’ en toch zijn er ik weet niet hoeveel kerken, kerkjes en groepen. En elk van die beweert de waarheid in pacht te hebben. Is het een wonder, dat de niet-christen zegt: ‘Gooi het maar in mijn pet, dan zal ik het eens uitzoeken als ik zin heb’. En van dat laatste komt dan meestal niets, dat wil zeggen: men laat het hele christelijke geloof voor wat het is.
Mijn beste niet-christenen laat me direct mogen opmerken dat geen enkele kerk of groep u het eeuwige leven bij God in de hemel geven kan.
Nu zijn dat al een aantal zware woorden: God, eeuwig leven, hemel. Misschien zou u over de realiteit daarvan eerst wel eens willen discussiëren maar het is de vraag of dat zin heeft. Mag ik het erbij laten om het volgende eenvoudig te stellen:
– er is één God, Schepper van hemel en aarde,
– er is een leven na dit leven, er is een hiernamaals,
– en dat laatste betekent: óf een leven bij God in de heerlijkheid óf een vertoeven bij Satan in de hel. Zo spreekt de Bijbel erover!
Terug naar al die kerken en groepen. Zoals gezegd kunnen zij u de zaligheid niet geven. Er is niet zo iets als ‘een zaligmakende kerk’. Er is één alleen zaligmakende God. Maria, de moeder van Jezus Christus, heeft dat eens zo uitgedrukt: ‘mijn geest heeft zich verblijd over God, mijn Heiland (Luk. 1:46, 47). Heiland betekent: Hij die heil of geluk aanbrengt.
Geen kerk of groep heeft het monopolie van ‘de zaligheid’. Om behouden te worden moeten we bij God wezen. Zo eenvoudig ligt dat!
Maar die dikke Bijbel dan? Moet je die niet in je hoofd stampen om behouden te worden? Ook die voorstelling is niet juist. De Bijbel is een heel belangrijk boek, ja het belangrijkste boek op aarde, maar het zou niet best zijn als je de hele Bijbel zou moeten kennen om in de hemel te komen. Wel is het zo, dat de Bijbel ons de weg naar de hemel wijst. Maar… die weg bestaat niet daarin, dat je een hoeveelheid kennis in je hoofd stampt. Evenmin betekent het dat je een aantal geloofsartikelen van buiten moet leren om behouden te worden. De grote heidenzendeling Paulus heeft eens gezegd: ‘want ik weet Wie ik geloofd heb’ (2 Tim. 1:12). Hij zei niet ‘ik weet wat ik geloofd heb’, hoewel hij heel wat geloofde. Nee, zijn geloof was gevestigd op een Persoon, op de Christus van de Schriften en op wat Hij voor verloren zondaars heeft gedaan.
Jezus Christus heeft zelf gezegd: ‘Ik ben de weg en de waarheid en het leven. Niemand komt tot de Vader dan door mij’ (Joh. 14:6). En een ander woord van Hem luidt: ‘Gij gelooft in God, geloof ook in Mij’ (Joh. 14:1).
Als je op een zinkend schip zit en je kunt niet zwemmen helpt het je niet of je een boekje met regels van de zwemkunst toegeworpen krijgt, je hebt niet een theorie nodig maar een redder, die je van het schip haalt.
Zo heb je als verloren zondaar, die schuldig staat voor God (en dat doen we allemaal) Jezus Christus nodig als de door God gezonden Redder. Hij kwam naar deze aarde om voor ons te sterven op het kruis. Hij wilde het oordeel van God over onze zonden ondergaan opdat wij met God verzoend zouden kunnen worden. De kern van het christelijk geloof is niet: behoor je bij de juiste kerk, ook niet: ken je de hele Bijbel van buiten, maar; geloof je in de juiste persoon.
Toen de gevangenbewaarder in Filippi aan Paulus vroeg wat hij moest doen om behouden te worden, zei deze niet: je moet je bij de kerk voegen. Ook niet: je moet de volgende geloofsartikelen van buiten leren. Nee, Paulus zei, dat de gevangenbewaarder zijn geloof, zijn vertrouwen moest stellen op Jezus Christus en dan zou hij behouden worden. Het enige waar het op aankomt is of we geloven in de Christus van de Bijbel. In Hem, de Zoon van God, ‘die bij God was en die God was’ (Joh. 1:1) en die ‘vlees’, dat wil zeggen, ‘mens’ geworden is om op Golgotha’s kruis het verlossingswerk te volbrengen.
Het komt er op aan of u voor God wilt erkennen een zondaar te zijn, die het eeuwig oordeel heeft verdiend. En of u wilt geloven in Jezus Christus als Degene die ook voor u het oordeel wilde dragen.
Pas als die zaak is beslist, komt de vraag hoe u als Christen moet leven om Christus als uw Heere te dienen. En daarvoor heeft u de Bijbel nodig om dat te weten.