Toen de coup in de Sovjet-Unie aan de gang was, hebben we even ons hart vastgehouden. Zou de klok weer worden teruggezet en de tijd van vervolging voor de christenen in dat land weer aanbreken? Zouden er weer bijbels gesmokkeld moeten worden om de mensen daar aan een exemplaar te helpen?
De staatgreep is gelukkig mislukt en nu blijkt nog eens te meer hoe een menselijke ideologie de mens niet echt gelukkig maakt. De vraag naar bijbels is namelijk enorm gestegen. Wij, mensen, hebben een boodschap van God nodig om houvast in ons leven te krijgen en gelukkig te worden. Hopelijk gaan er in het nieuwe jaar nog meer grenzen open van landen waar de Bijbel tot nu toe een verboden boek is.
Maar hoe zit het met die landen, waar de Bijbel wel vrij gelezen mag worden? Hoe zit het met Nederland? Wat doen wij? Lezen we de Bijbel ook?
Houden we rekening met wat God zegt?
In de Bijbel staat een Psalm, die één grote lofzang is op het Woord van God, op de Bijbel. Het is Psalm 119. Een heel mooi vers uit de lofzang luidt: “Uw woord is een lamp voor mijn voet en een licht op mijn pad” (vers 105). Daarmee kunnen we het doen in 1992. Als we geloven in Jezus Christus, hebben we in de Bijbel een richtsnoer voor ons leven. We volgen dan geen dwaallicht van menselijke meningen, maar hebben het betrouwbare Woord van God als onze gids.
Een andere uitspraak uit deze zelfde Psalm:
“Waarmee zal de jongeling zijn pad rein bewaren? Als hij dat houdt naar uw woord” (vers 9). Het wordt gezegd tegen jongeren, maar het geldt ook voor ouderen. De Bijbel geeft ons een goede norm voor ons leven. Als we daarnaar leven, eren we God en zijn we gelukkig. Laat de Bijbel het in het komende jaar bij ons voor het zeggen hebben, dan heeft God het bij ons voor het zeggen.