443 jrg 142, 02-1999 Zitten we nog in de wedstrijd?

De apostel Paulus gebruikt diverse beelden uit het leven van de Grieken om bepaalde aanwijzingen te geven aan de gelovigen van zijn tijd en via zijn brieven komen die ook naar ons toe. Op twee beelden uit de sportwereld wil ik de aandacht vestigen: het ene is het beeld van iemand die meedoet aan een hardloopwedstrijd, het andere betreft een persoon die deelneemt aan een wedkamp.

Hardlopen

Bij hardlopen moet je het doel goed voor ogen houden. Bij sommige wedstrijden moet je in je eigen baan blijven en jouw stukje van de finish in het oog houden. Het komt niet goed als je van links naar rechts over het parcours zwalkt.
Bij langebaanwedstrijden, een marathon bijvoorbeeld, kan het gebeuren dat je een verkeerde weg inslaat. Niet zo lang geleden overkwam dat een groepje renners bij een etappe van een wielerwedstrijd.

Uiteraard moet je gemotiveerd zijn voor een wedstrijd en tijdens het lopen je motivatie vasthouden. Soms geven lopers het op. Ze zien het niet meer zitten. De volharding ontbreekt dan. Het kan ook zijn dat ze met letsel te maken krijgen, een spierverrekking bijvoorbeeld of een verzwikking van de enkel.

Een volgend punt is dat je je aan de regels moet houden. Bij sommige wedstrijden komen al vrij vlug alle lopers in één groep bij elkaar en draaien ze ronde na ronde af In zo’n geval mag je elkaar niet hinderen, niet op de hielen trappen, niet een duw geven.

Wat zegt de Schrift ervan?

In 1Ko9:24-27 heeft Paulus het over een wedloop en hij geeft daar een aantal kenmerken aan van de wedstrijd en van de goede atleet, te weten:

a. dat er maar één de prijs ontvangt. Hij schrijft: ‘Weet u niet dat zij die in de renbaan lopen, allen wel lopen, maar één de prijs ontvangt? Loop zo, dat u die verkrijgt. Bij de Griekse spelen had je geen 1e, 2e en 3e prijs, geen gouden, zilveren of bronzen medaille. Nee, er was maar één lauwerkrans. Paulus zegt niet dat er in de geestelijke strijd maar één christen is die de prijs krijgt, maar hij stelt het wel zo voor dat de gelovigen moeten lopen als zou het zo zijn dat er slechts één de prijs ontvangt. Deze tekst geeft de intentie aan en de inzet voor onze geestelijke wedren. We moeten lopen ‘om het leven’, met volle inzet dus.

b. dat een loper ‘zich in alles onthoudt’. Zulke lopers zetten alles aan de kant wat hen zou kunnen belemmeren. Uiteraard gingen ze niet bepakt en bezakt aan de wedstrijd beginnen. Alles wat overtollig was, ging aan de kant. Zo moeten wij de geestelijke koers ook lopen. Allerlei zaken die ons kunnen belemmeren, moeten we afleggen. InHb12:1 wordt gezegd dat we alle last en de zonde die ons licht omstrikt moeten afleggen. Daarbij moeten we ons grote Voorbeeld voor ogen houden, namelijk Jezus, de overste leidsman en de voleinder van het geloof.

Het ‘zich onthouden’ betekent dat het hele leven van de atleet draait om zijn sport. Pleziertjes die je conditie aantasten, zijn er niet bij. Smulpartijen waarvan je dik en vet wordt, zijn taboe. Integendeel: goed, krachtig voedsel en verstandige training zijn nodig. Gods Woord is ons voedsel en dat woord bestuderen en in praktijk brengen is onze christelijke training.

c. dat je ‘ervoor gaat’ De apostel zegt het zo ’Ik loop….niet als in onzekerheid’. Een atleet die zijn zelfvertrouwen kwijt is, levert geen topprestaties. Wij mogen lopen in de zekerheid van het heil en met uitzicht op de prijs.

In Hb12:1 wordt nog een voorwaarde aangegeven om de loop tot een goed einde te brengen, namelijk dat we moeten volharden. Bij een wedstrijd zie je uitvallers, ze geven het op, ze halen de finish niet, ze zitten niet meer in de wedstrijd. Zo moet het met de christen niet gaan. Paulus heeft van zichzelf gezegd, dat hij ‘de loop geëindigd heeft’ (2Tm4:7). Hij heeft tot het einde toe volhard en dat moeten wij ook doen. In een gewone wedren zijn alle andere deelnemers mededingers of concurrenten. Het gevaar is daar dat men elkaar op de hakken trapt, duwt of op een of andere wijze hindert. In zo’n wedstrijd vindt men het niet erg, maar verblijdt men zich er eerder over als er iemand uitvalt. In de geestelijke wedloop mag dat niet eens bij ons opkomen. In plaats daarvan moeten we elkaar aanmoedigen en indien nodig ondersteunen om met elkaar de finish te halen. Het is net als met de vierdaagse in Nijmegen: met zijn allen naar het einddoel!

Kampvechten

Bij kampvechten, worstelen bijvoorbeeld, heb je met een tegenstander te maken. Dan moet je weten wie je tegenstander is. Dat is in een gewone wedkamp niet zo’n probleem want je wordt beiden in de ring tegenover elkaar geplaatst. Het zal niet gebeuren dat iemand bijvoorbeeld de scheidsrechter voor zijn tegenstander aanziet, maar in de geestelijke wedkamp kun je je best tegen de verkeerde persoon keren.

Wat anders is of een kampvechter zijn tegenstander wel echt kent. Kent hij zijn tactiek, zijn kracht, en dergelijke? Daarbij is het ook gewenst dat zo’n vechter zichzelf onder de loep neemt. Ken je je zwakke punten?
Je mag dan weten wie je tegenstander is, je moet hem ook op de goede manier bestrijden en bijvoorbeeld bij een schermwedstrijd maar niet wat in de lucht slaan.

Nog eens de Schrift

In verband met het kampvechten, spreekt Paulus erover dat we wettig, dat is volgens de regels moeten strijden (2Tm2:5). Geen gemene taktiek erop nahouden. Je moet er voor oppassen niet gediskwalificeerd te worden. Dit beeld is moeilijker op de geestelijke wedkamp over te brengen, want wie is onze tegenstander? Zijn dat bepaalde gelovigen? Ongelovigen dan die we de ‘nederlaag’ toebrengen om ze de macht van Christus te doen erkennen? Of satan die dan niet komt als een vijandelijk soldaat om ons te doden, maar als een mededinger die ons de nederlaag wil doen lijden? Het beeld wordt in de Schrift niet verder uitgewerkt. Hoe dat zij, we moeten de strijd fair voeren.
Ook in zo’n wedkamp hebben we volharding nodig, moeten we ons van alles ontzeggen om geestelijk sterk te staan.

Zijn we nog in de wedstrijd of zijn we erbij gaan liggen, geven we het op? Nee toch, en zo ja, sta op en pak aan en zeg: ‘Heer, ik had een inzinking, maar nu ben ik er weer. Ik wil voor u leven en strijden tot het eind toe, maar niet in mijn kracht, maar in de uwe’ !

Jaapfijnvandraat.nl maakt gebruik van cookies