Vraag:
Wat wordt in Genesis 2:1 bedoeld met al hun ‘heir’ of ‘heer’
Antwoord:
Het woord ‘heer’ betekent in dit verband ‘leger’ in de zin van ‘alles wat erop en eraan is’. In de tijd van de Statenvertalers vond men het niet mooi om twee klinkers achter elkaar te schrijven en verving men de twee klinker door een andere klinker. Zo schreef men ‘heir’ in plaats van ‘heer’. Je moet ‘heir’ dus als ‘heer’ uitspreken.
God wordt genoemd ‘de Heer der heirscharen’ wij spreken nu van ‘de Heer der legerscharen’. Onder die legerscharen verstaan we dan o.a.de engelen.
Als er sprake is van de hemel en de aarde en al hun heir dan denken we bij de hemel aan heel de sterrenwereld en bij de aarde aan alles wat op aarde leeft.