Betreft: Rm 3: 19
Vraag:
Door de wet zien wij dat we schuldig staan aan al de geboden van God. Als de wet niet voorgelezen wordt hoe zullen we dan weten dat we gezondigd hebben?
Antwoord:
Rm 2: 14 spreekt over de volken, die geen wet hebben en zegt: dat hen geweten meegetuigt en hen beschuldigt of verontschuldigt. Ook voordat de wet gegeven werd, werd er gezondigd en wist men dat men zondigde, tenzij men zijn geweten dichtschroeide.
Als christenen kunnen we ook alleen al door ons geweten weten gezondigd te hebben. We hebben echter daarnaast het hele woord van God, zowel het Oude als het Nieuwe Testament en heel dat Woord verkondigt ons dat we zondaars zijn. Daar behoeft ons werkelijk niet elke zondag de wet voor worden voorgelezen. Lees Rm 3 maar!!
Dat we doemwaardige zondaars zijn komt nog het meest uit in de kernboodschap van het evangelie, namelijk dat Christus om ons te kunnen redden; MOEST STERVEN ONDER HET OORDEEL VAN GOD AAN HET KRUIS.
Als er ons iets van onze schuld overtuigt, dan is dat het kruis! De wet kan de mens overtuigen van het feit, dat hij een zondaar is; zo mogen we de wet ook gebruiken volgens 1 Tm 1: 7-11 (maar dan voor onrechvaardigen, ongelovigen!), maar de grootte van onze zondeschuld wordt niet door de wet aangegeven, maar door het kruis!
Het feit, dat God Zijn eigen Zoon moest oordelen toont, meer dan wat ook, hoe totaal verdorven wij als mensen zijn.