Betreft: 1 Ko 11: 31 (2)
Vraag:
Waarom laat men dit vers altijd slaan op het profeteren, dat Paulus in hoofdstuk 14 aanbeveelt. Voert de weg van het najagen niet verder omhoog?
Antwoord:
Naar welke uitleggers de vraagsteller heeft geluisterd, weet ik niet, maar een andere uitleg, dan dat hij in feite aangeeft, heb ik nooit gehoord. Dat tenminste wat vers 31b aangaat.
De woorden van vers 31a ‘Streeft dan naar de grootste genadegaven’ zien niet op het najagen van de liefde, maar slaan – gezien 14: 39- op het streven om te profeteren. De vraag is alleen of dat de enige grotere genadegave is.
In 11: 31 heeft de apostel het over de grootste genadegaven. Hij heeft er dus meer dan één op het oog, maar het profeteren is daar zeker onder begrepen.
Maar direkt na de opwekking om naar de grootste genadegaven te streven, volgen de woorden: ‘Ik wijs u een weg, die nog veel verder omhoog voert’. En wat daarmee bedoeld is, legt de apostel in hoofdstuk 13 uit. Dat slaat heel duidelijk op de liefde.