Betreft: 2 Tm 2: 11
Vraag:
Wordt in deze tekst niet aan overleden gelovigen gedacht?
Antwoord:
Dat kan moeilijk de bedoeling van de tekst zijn en wel om de volgende reden:
-in andere teksten slaat ‘met Hem gestorven zijn’ of ‘met Hem gekruisigd zijn’ heel duidelijk op geestelijk met Christus gestorven zijn in zijn kruisdood. Zie Rm 6: 6, 7; Ko .2: 20;3: 3,
-dan hadden we mogen verwachten dat er een andere tijdsvorm was gebruikt, namelijk ‘als wij (zullen) sterven….’,(of: ‘als we met Hem gestorven zullen zijn’) zoals er ook staat ‘als wij hem verloochenen’. De vorm ‘wij’ omvat ook Paulus, Timotheüs en alle andere levende gelovigen waarvan je niet kunt zeggen dat ze op dat moment gestorven zijn,
-met Christus sterven is wat anders als in de Heer sterven. Dat laatste geldt voor alle gelovigen wat de lichamelijke dood betreft. Met Christus gestorven zijn geldt ook van alle gelovigen maar dan wat het doodvonnis en oordeel over onze oude mens betreft. Je kunt ‘met Christus’ sterven eigenlijk alleen maar opvatten als voor Christus sterven als martelaar. De uitdrukking zou dan moeten betekenen: gelovigen die de martelaarsdood gestorven zijn of die ten dode toe vervolgd zijn Maar lang niet alle gelovigen sterven de martelaarsdood.
-dan zou deze tekst ook niet opgaan voor de gelovigen die nog leven als Jezus Christus komt om hen op te nemen, want die sterven niet de martelaarsdood, en ook niet de lichamelijke dood door ziekte of ouderdom( denk aan 1 Th.4: 15).