023 Flitsen uit het Mattheüsevangelie Mt 04:21-22

Mattheüs 4:21
Achterlaten!

Simon en Andreas hebben hun netten verlaten en volgen de Heer. Maar er moeten nog meer medewerkers komen. Daar ziet de Heer op zijn wandeling langs het meer nog twee broers: Jacobus en Johannes. Ook die twee hebben de Heiland al eerder in Judea leren kennen. Ook zij worden geroepen om de Heer te volgen. En opnieuw zien we de bereidheid om te gehoorzamen, want er staat: “Zij lieten dan terstond het schip en hun vader achter en volgden Hem”.

Jezus volgen betekent iets verlaten; iets de rug toekeren. Jezus Christus aanvaarden als je Heiland en rustig de wereld dienen is er natuurlijk niet bij. Dat snapt iedereen. Je kunt niet twee meesters dienen! Maar Jezus Christus je Heer noemen en toch rustig voor jezelf leven en je eigen koers bepalen, dat is er ook niet bij. Christus als Heer aanvaarden betekent Hem gehoorzamen. Denk niet te licht over die zaak! Laten we eens een uitstapje maken naar Lucas 9 en horen wat de Heer er zelf van zegt: “Indien iemand achter Mij wil komen, die verloochenen zichzelf en neme dagelijks zijn kruis op en volge Mij. Want ieder die zijn leven zal willen behouden, die zal het verliezen; maar ieder die zijn leven verloren heeft om Mijnentwil, die zal het behouden” (vs. 23,24).

Volgen van Jezus Christus betekent dus jezelf verloochenen. Dat houdt in niet meer voor jezelf leven en alleen je eigen belang op het oog hebben. Dat is niet meer je eigen koers bepalen, maar vragen: “Heer, wat wilt U dat ik doen zal?” Dan neem je een kruis op, want ze hebben Jezus vervolgd, ze zullen het ook zijn dienstknechten doen. Merken we zo weinig van dat kruis? Dan is het de vraag of we Hem wel echt volgen!

De consequenties

We blijven nog even bij Lucas 9. Aan het eind van het hoofdstuk worden ons drie mensen voorgesteld. De eerste zegt: “Ik zal U volgen waar U ook heengaat”.
Maar de Heer drukt hem met zijn neus op de consequenties. Dat betekent niet een gemakkelijk leven, want de vossen en de vogels hebben hun schuilplaats, maar de Heiland der wereld niet.

Tegen een ander zegt de Heer: “Volg Mij”. Hij wil echter eerst op de dood van zijn vader wachten, en als hij die begraven heeft, dan wil hij volgen. Het antwoord lijkt hard en vreemd: “Laat de doden hun doden begraven; maar ga gij heen en verkondig het koninkrijk Gods”. Geen uitstel, geen op de lange baan schuiven, nee, direct gehoorzamen, en het werk dat de geestelijk doden kunnen doen, aan hen overlaten. Hoe velen zijn er niet die de oproep van de Heer om het evangelie te verkondigen, hebben gehoord, maar die zich gaan bezighouden met allerlei sociale en maatschappelijke toestanden, in plaats van zich te geven aan de verkondiging van het woord.

Ten slotte de derde, die zegt: “Ik zal U volgen, Heer, maar laat mij eerst afscheid nemen van mijn huisgenoten”. Ook die krijgt een correctie te horen: “Niemand die de hand aan de ploeg slaat en ziet naar wat achter hem ligt, is geschikt voor het koninkrijk Gods”. Niet eerst naar je familie en je dan misschien laten weerhouden. Niet achterom kijken zoals de vrouw van Lot.

Hun vader verlaten

Jezus volgen betekent: de schepen achter je verbranden. Hem alleen en direct achterna gaan met aanvaarding van alle consequenties! De discipelen hebben dat gedaan. Simon en Andreas verlieten hun netten. Geen bedenkingen wat hun levensonderhoud betreft; de Heer volgen wil zeggen: je, wat de materiele zaken betreft, op Hem verlaten. Jacobus en Johannes doen hetzelfde, maar er staat nog iets bij: “Zij lieten het schip en hun vader achter”. Geen familiebanden kunnen hen weerhouden. Ze hebben vader of moeder niet lief boven de Heer. En ze zijn niet de enigen. Van meerderen lezen we dat ze resoluut voor Jezus kiezen en alles achterlaten. Daar is Levi of Mattheus de tollenaar. Hij verliet alles en volgde Hem (Matth. 10:37; Luc. 5:27). Weg met zijn onrechtmatig verdiende geld!

Daar is de Samaritaanse vrouw. Nauwelijks heeft ze het evangelie uit de mond van de Christus gehoord, of ze verlaat haar watervat om anderen van Hem te vertellen (Joh. 4:28). Met dat vat had ze altijd geput en nooit was haar dorst gelest. Nu ze het levend water had ontvangen vergat ze haar waterkruik, ze had de nu niet uitgesproken opdracht anderen ervan te vertellen.

Wilt u het voorbeeld van deze mensen volgen? Zij hebben er nooit spijt van gekregen, en u zult het ook nooit krijgen! Wilt u een medewerker van een medestrijder voor de Heer Jezus zijn? Dan direct aangepakt. Denk eraan, de Heer heeft geen belang bij tinnen soldaatjes. Hij vraagt geen zoutzakchristenen. Hij wil u hebben, maar dan voor honderd procent!
Ook u roept Hij toe: “Kom achter mij!”

Jaapfijnvandraat.nl maakt gebruik van cookies