051 Flitsen uit het Mattheüsevangelie Mt 07:15-20

Flitsen uit het Mattheüsevangelie Mt 07:15-20
Mattheüs 7 : 15 – 20

Wacht u voor de …

Als dit geen artikeltje in “Genadeklanken” was, zou u bovenstaand zinnetje waarschijnlijk afmaken met: Wacht u voor de hond. Zo’n waarschuwing zie je wel eens staan bij een tuinhek. Dikwijls is er dan helemaal geen hond te bekennen en dient de aankondiging alleen om ongewenst bezoek op een afstand te houden. Zo’n waarschuwing is dan loos alarm.

Het bovenstaande zinnetje luidt echter: Wacht u voor de valse profeten. Nadat de Here Jezus gesproken heeft over de brede en de smalle weg, geeft hij bovenstaande waarschuwing. En dat is beslist geen loos alarm. Valse profeten zijn satans grondpersoneel om iemand op de brede weg te voeren. Ik zeg niet dat zij de enige “bemiddelaars” zijn, maar erg gevaarlijke zijn het wel.

In het verleden traden er onder Israël ook valse profeten op, en zij hebben het volk naar de ondergang gevoerd. Toen Jeruzalem belegerd werd door Nebukadnezar, profeteerde Jeremia: ‘Zie, ik stel u de weg des levens en de weg des doods voor: wie in deze stad blijft zal door het zwaard, de honger of de pest, sterven, maar wie er uitgaat en naar de Chaldeeën overloopt, zal leven, en zijn leven zal hem ten buit zijn, want Ik heb mijn aangezicht tegen deze stad gekeerd ten kwade en niet ten goede, luidt het woord des Heren’ (Jer. 21 : 8 – 10). De valse profeten echter stelden het volk gerust, het zou zo’n vaart niet lopen; en ze leidden het volk op de weg des doods (vergelijk Jer. 27 : 16; 28 : 1 – 4; 37 : 19; 38 : 1 – 4).

In de toekomst zullen er opnieuw valse profeten opstaan, die tekenen en wonderen verrichten. Eén er van zal in de eindtijd zijn rol spelen. Het is de antichrist, of wel de valse profeet. Hij zal door tekenen en wonderen voorgeven de van God gezonden verlosser te zijn, en velen zullen zich door hem laten verleiden. De bijbel duidt deze mensen aan als “hen, die verloren gaan”. Maar niet alleen in de toekomst treden er valse leidslieden op, ze zijn er ook nu in dit tijdperk van de Gemeente. De Schrift spreekt dan echter niet, van valse profeten, maar valse broeders, valse leraars. En wel mogen we acht geven op deze verleiders, om niet op de verkeerde weg gevoerd te worden.

In schaapskleren

Hoe herken je deze handlangers van de boze? Ze komen namelijk niet – om het populair te zeggen – met de klompen in het spul. Integendeel, ze komen in schapevachten. Zo gingen namelijk de echte profeten gekleed. Die liepen niet in luxueuze kleding, maar kleedden zich heel eenvoudig in ruwe kleding (zie Matth. 11 : 18 en Hebr. 11 : 37). De valse profeten doen zich ook zo nederig voor en zo onschuldig. Maar in plaats van schapen zijn het verscheurende wolven. Herkennen doe je ze dus niet op het eerste gezicht, niet op het uiterlijk. Ze kunnen zich o zo mooi voordoen, ze kunnen heel vroom praten enz.

Toch zijn ze te herkennen. De Here Jezus vervolgt namelijk met: ‘Aan hun vruchten zult ge ze kennen.’ Zo min als een goede boom kwade vruchten voortbrengt, zomin brengt een kwade boom goede voort. En deze verleiders kunnen dus geen goede vruchten voortbrengen. Let op hun woorden, let op hun bedoelingen, en ze vallen door de mand. Een paar kenmerken vallen direkt al op. Een er van kunnen we afleiden uit het voorval met Jeremia en Hananja. Jeremia voorspelde dat de ballingschap 70 jaar zou duren. ‘Niks er van’, zei Hananja, ‘met twee jaar zal de eerste groep ballingen weer terug zijn in het land. Ze spreken dus “naar de mens”. In plaats van het scherpsnijdend woord van God te hanteren betokkelen ze de snaren van het gevoel, het nuchtere verstand enz.

Groepsvorming

Een tweede kenmerk geeft Paulus ons. Hij waarschuwt er voor dat na zijn vertrek twee gevaren de Kerk zullen bedreigen. Ten eerste zullen er grimmige wolven komen, die de kudde niet sparen. Dat ziet kennelijk op de vervolgingen die zouden plaatsvinden. Maar hij voegt er aan toe: ‘en uit uw eigen midden zullen mannen opstaan, die verkeerde dingen spreken om de discipelen achter zich aan te trekken’ (Hand. 20:29, 30). Deze mannen willen dus volgelingen. Ze willen niet mensen achter Christus brengen, maar achter zichzelf. Ze zoeken niet de eer van Christus, maar van zichzelf en van hun groep.

Wanneer iemand bij u aan de deur komt die zegt: ‘Om zalig te kunnen worden moet u zich bij ons aansluiten’, dan kunt u er veilig van op aan met zo’n verleider, zo’n valse leraar of zijn handlanger te maken te hebben. Bovendien doen ze dat door verkeerde leringen. En teruggrijpend op het vorige punt kunnen we er van op aan dat deze leringen aangepast zijn aan het gevoel of aan het verstand. Terwijl de Schrift zegt, dat de mens onverbeterlijk slecht en zondig is, komen zij met theorieën die van, de mens nog wel wat verwachten.

Terwijl de Schrift zegt, dat het offer van Christus absoluut nodig en voldoende is voor de zaligheid, beweren zij dat het kruis wel een belangrijke zaak is, maar het kon ook anders, of wel: het was nodig, maar niet voldoende: je moet er zelf ook nog wat aan doen. En hoe meer we de eindtijd naderen, des te meer zal de aktiviteit van deze valse leraars toenemen. Ondermijning van het gezag van Gods woord is – helaas voor velen onzichtbaar – in hun vaandel geschreven.

Jaapfijnvandraat.nl maakt gebruik van cookies