In vroeger dagen ontkende men dat Mozes de schrijver van de naar hem genoemde eerste vijf bijbelboeken was, omdat men in die tijd de schrijfkunst nog niet machtig zou zijn. Ook de andere bijbelboeken dateerde men veel later dan de tijd waarop de inhoud betrekking heeft.
In Num. 33:12 lezen we echter:
“Mozes beschreef hun tochten van pleisterplaats tot pleisterplaats”;
En in Deut. 31:9 staat:
“Toen Mozes deze wet opgeschreven had”.
Volgens de Bijbel kon een jongeman door Gideon in het veld aangehouden, in de tijd van de Richteren dus, schrijven. Richteren 8:14 luidt immers:
“hij kreeg een jonge man in handen…. En deze schreef de vorsten en de oudsten van Sukkoth voor hem op”.
Volgens de ongelovige Schriftcritici klopte daar echter niets van en bewezen deze mededelingen alleen maar, dat de bijbel onbetrouwbaar was.
Totdat…. Er bij opgravingen kleitabletten werden gevonden, die niet uit de tijd van Mozes maar uit de tijd van Abraham dateerden. Ja, er werden tabletten gevonden uit een tijd van omstreeks 3000 jaar voor Christus!!
De schrijfkunst bleek veel ouder te zijn dan men gedacht had. Erkende men toen zijn fout en trok men de beschuldiging, dat de Bijbel onbetrouwbaar zou zijn, in? Helaas niet.
Men houdt vast aan andere even ongegronde argumenten, die nog niet weerlegd zijn. Sommige daarvan zijn ook niet te weerleggen, omdat het puur gevoelsargumenten zijn.
Voor de gelovige is de Bijbel echter het betrouwbare Woord van God.
“Uw woord is de waarheid”.