Kunt u zich voorstellen dat iemand dankbaar is voor een pak slaag? Niet zo goed, denk ik, of wel? Toch zijn er genoeg mensen die dankbaar zijn, niet maar voor één pak slaag, maar misschien wel voor meerdere, die ze in hun jeugd van hun vader of moeder hebben gekregen. Op dat moment zeiden ze natuurlijk niet “fijn, dank u wel”, nee, maar later leerden ze dankbaar te zijn omdat ze zagen dat ze door zo`n pak slaag, of door een flinke berisping van een verkeerde weg werden afgebracht.
Ook God straft
Natuurlijk is wat ik hierboven schreef niet naar de smaak van de moderne opvoeders. Straf? Kom nou, dat is uit de tijd. Je moet de jeugd zich laten uitleven, een beetje bijsturen is voldoende.
De resultaten van dit systeem kunnen we echter om ons heen bewonderen. Een van deze opvoeders, de gezaghebbende Spock, moet zó geschrokken zijn van de resultaten van wat hij geschreven had, dat hij alles wat hij tevoren over verregaande tolerantie in de opvoeding had geschreven, zou hebben teruggenomen!
Nee, God weet het echt wel beter. Ook Hij straft, en dat om mensen tot inkeer te brengen en om Zijn volk van een verkeerde weg af te brengen. Ik loof U omdat U toornig op mij bent geweest
En deze tucht van God kan dankbaarheid tot resultaat hebben. Jesaja houdt dat in zijn dagen het volk Israël voor met deze woorden:
“En gij zult te dien dage zeggen: Ik loof U, Here, omdat U toornig op mij bent geweest”.
Dat zal Israël zeggen als het zich tot God bekeerd heeft en zijn zonden ingezien heeft. Dan gaat ook gebeuren wat er volgt:
“Uw toorn heeft zich afgewend en U vertroost mij”.
Dan zal Israël de Here loven en de volken oproepen daarmee in te stemmen:
“Looft de Here, roept Zijn naam aan, maakt onder de volken Zijn daden bekend, vermeldt, dat Zijn Naam verheven is.
Psalmzingt de Here, want Hij heeft grootse dingen gedaan, dit worde bekendgemaakt op de hele aarde.
Juicht en jubelt, inwoners van Sion, want groot in uw midden is de Heilige Israëls”(Jesaja 12).
Hoe zit het met ons?
Hoe zit het nu met ons? Bevindt u zich misschien in een toestand waarvan u moet zeggen: het loopt me allemaal tegen. Heeft u voor het lieve vaderland weggeleefd en zit u nu met de brokken? Zou u dan niet eens willen erkennen dat dit Gods tuchtiging is en dat Hij u terug wil brengen als een verloren zoon of dochter?
Of gaat het u materieel juist goed, maar heeft u inwendig geen rust. Ook dat is een aspekt van Gods tucht! Bekeer u dan tot God. Erken uw zonden en geloof in Jezus Christus, dan zult u God leren kennen en kunnen zeggen:
“Zie, God is mijn heil, ik vertrouw en vrees niet” (Jesaja 12 vers 2).