We gaan ons bezighouden met wat de Bijbel aangaande zichzelf zegt. Als iemand tot geloof in God en in Christus gekomen is en hij de waarde van de bijbelse heilsboodschap heeft leren kennen, zal dit zelfgetuigenis van de Schrift voor hem gezaghebbend (moeten) zijn.
Laten we eens beginnen te luisteren naar de dichter van Psalm 119. Dat is de langste Psalm die in de Bijbel staat. Hij bevat maar liefst 176 verzen. En heel deze Psalm is een lofzang op het Woord van God.
Toen de dichter deze Psalm maakte was de Bijbel natuurlijk nog lang niet voltooid. De Psalmist bezat waarschijnlijk niet meer dan de eerste vijf boeken van de Bijbel. deze vijf noemen we wel de boeken van Mozes. Bij de Joden stonden ze zo bekend. Zo spreekt de Heere Jezus over “Mozes en de profeten” en Hij bedoelt dan met Mozes de boeken die deze leidsman van Israël heeft geschreven. Deze vijf boeken heten bij de Joden ook de Thorah ofwel de Wet.
Welnu, over die wet zegt de dichter heel belangrijke dingen. Die wet is de “wet des Heeren” (vers 1). Ze bevat “de getuigenissen” van God en ieder die ze bewaart is gelukzalig (vers 2). Door die wet leer je “de wegen” van God kennen, dat wil zeggen de wet leert je hoe je te wandelen hebt (vers 3). Ze bevat de “bevelen” van God (vers 4). Het volgende vers spreekt erover als “de inzettingen” van God. Vervolgens is er sprake van “uw geboden” (vers 6) en daarna van “verordeningen” en “inzettingen” (vers 7 en 8).
En dan komt vers 9 met de bekende uitspraak:
“Waarmede zal de jongeling zijn pad rein bewaren? Als hij dat houdt naar uw Woord”.
Heel de wet is dus Gods Woord. En zoals gezegd, daarbij gaat het om al de boeken van Mozes en niet alleen om de tien geboden of een aantal andere wetten die Mozes voorgeschreven heeft. We vinden dit b.v. heel duidelijk in Gal. 6:21, waar Paulus schrijft: “zeg mij, gij die onder de wet wilt staan, luistert gij niet naar de wet? Er staat immers geschreven dat Abraham twee zonen had….” Welnu, de geschiedenis van Abraham, de voorvader van Israël, staat in het boek Genesis, het eerste boek van de Bijbel en dat wordt door Paulus naar de Joodse gewoonte tot de wet gerekend.
Psalm 119 getuigt dus dat de vijf boeken van Mozes Gods Woord zijn.
Mag ik nog even terugkomen op vers 9, dat ik hierboven aanhaalde?
Bent u een christen, belijdt u dat te zijn? Wel, dan is er maar één middel om een goede levenswandel te leiden, dat is: u te houden aan het Woord van God.
Bent u geen christen? Laat me u dan zeggen dat er geen boek is als de Bijbel. En het is tot uw eigen geestelijke schade, ja tot uw ondergang als u aan de boodschap van dat boek voorbijgaat. Dat boek getuigt van Jezus Christus, de door God gegeven Verlosser.
Door de Bijbel te lezen kunt u Hem leren kennen en dat betekent uw eeuwig behoud.
Dringend raad ik u dan ook aan om de Bijbel te gaan lezen