In de Bijbel wordt op verschillende plaatsen over het hart van de mens gesproken. Enkele van die uitspraken willen we nader bekijken. Een vernietigend oordeel over ons hart vinden we in Jer. 17:9 “Arglistig is het hart boven alles, ja, verderflijk is het.”
Als afstammelingen van Adam zien we er zo van binnen uit.
In Psalm 12:2 klaagt David dat er geen vromen meer in het land zijn, maar in tegendeel dat de mensen dubbelhartig spreken.
Van deze goddelozen onder het volk wordt ook gezegd, dat ze een vet hart hebben, dat ze toesluiten voor God en Zijn Woord (Ps. 17:10)
Toch zijn er nog wel uitzonderingen. Het hart van David is namelijk gerust en hij wil God van harte psalmzingen (Ps. 108:2)