De Bijbel Gods Woord + Het gezag van de Bijbel + Boek van de natuur en van de schriftuur
– zie Psalm 19. De Bijbel, Gods Woord
a. Niet te bewijzen:
men moet het ervaren. 1 Thes. 2:13.
b. Wel argumenten:
Ontstaan een wonder: Verschil in tijd: van 1400 v. tot 100 na Chr. 66 boeken: O.T. 39; N.T. 27; Psalmen over 1000 jaar. Ps. 90 oudste.
Schrijfkunst oud: Num. 33:2; Richt. 8:14.
Verschillende schrijvers: ca. 40: verschil in: karakter, leeftijd, land, beroep, milieu.
Geen beroepsschrijvers exc. Paulus, Lukas
Verschil in inhoud: verslagen, geschiedenissen, levensbeschrijvingen, wetten, liederen, klaagzangen, spreuken, zegeningen, vervloekingen…
Eenheid een wonder: één rode draad – Messias – Heilsplan: Joh. 5:39.
Verspreiding een wonder: boek van één oosters volk > hele wereld > vele talen.
Uitwerking een wonder: bij jong en oud, in oost en west. Bataks, Eskimo’s, enz.
Wat doet de Schrift mij; wat doe ik met de Schrift?
Bewaring een wonder: geen boek zo ‘vervolgd’ en toch niet uitgeroeid.
Echter: niet het hoofd, maar het hart moet overtuigd > bekering, geloof.
c. Benamingen:
De Schrift (één schrijver, H.G.) De Schriften (vele schrijvers). Joh. 2:22 Zij geloofden de Schrift Matt. 21:42; 22:29; 26:54. Joh. 7:42. Zegt de Schrift niet Luk. 24:45, 46; 24:32; 24:45. Joh. 10:35 De Schrift niet te ‘breken’ Hand. 17:2, 3, 11; 18:24; 18:28. Joh. 17:12. Opdat de Schrift (19:28) 1 Kor. 15:3 naar de Schriften. Joh. 20:9 Zij kenden de Schrift nog niet Joh. 5:39; Rom. 15:4; 2 Tim. 3:15.
Geschrift: Jes. 38:9 inhoud, doel, strekking)
Heilige Schriften: Rom. 1:2; 2 Tim. 3:15.
Attentie: Gal. 3:8 – De Schrift nu die voorzag….. Rom. 9:27 – De Schrift zegt tot Farao…. Of God voorziet of spreekt of dat de Schrift dat doet, is hetzelfde.
d. Inspiratie:
– H. Geest – 2 Petr. 1:20, 21; 2 Tim. 3:16 >
a) Joh. 14:26 > evangeliën;
b) Joh. 15:26 > boek Handelingen;
c) Joh.16: 13a > Brieven; d) Joh. 16:13b > Openbaring.
Algemene ingeving?? …nee ‘woordelijk’, 1 Kor. 2: 9-16. Menselijk element? Is er, maar is geheiligd. Vb. veelzijdig Musicus kan diverse instrumenten bespelen, ze hebben elk hun eigen geluid, maar de musicus bepaalt de melodie. Tijdgebonden nee > tijdgericht denk aan gordels, van daken gepredikt… > soms gewijzigd gebod > Luk. 22:35, 36 maar door de Heer.
e. Getuigenis:
Van de Schrift zelf
a. ‘Alzo spreekt de Here’, ‘Want de mond des Heren heeft gesproken’, etc. Micha 4:4; Jer. 9:12; 13:15; 30:4; 51:12; Jes. 8:11; Amos 3:1; Ex. 4:30; Deut. 18:21, 22; Jozua 24:2; Jes. 28:14; Jer. 19:3; 10:1; 17:20 vandaar: = Hebr. 1:1; Hand. 3:21; 4:25.
b. ‘De Geest des Heren spreekt door mij: 2 Sam. 23:1, 2 = Hand. 1:16.
c. ‘Ik leg mijn woorden in uw mond: Jer. 1:9, vgl. Num. 23:5 = Hand. 3:1.
d. ‘Alle Schrift is van God ingegeven: 2 Tim. 3:16 ’theopneust’ alleen bij Paulus + Schrift, Schriftwoord, (Heilige) Schriften}.
e. ‘Heilige mensen Gods… door de H.G. gedreven’. 2 Petr. 1:20, 21. Profeet spreekt wat God wil. Soms zonder dit te verwachten (Kajafas, Joh. 11:49-51), te weten of te willen. N.T. term > profetische Schriften – Rom. 16:26.
f. ‘Geestelijke met geestelijke mededelend – 1 Kor. 2;9-16.
- Hoe heeft Jezus en de apostelen O.T. gebruikt;
- Wat zegt Jezus van Zijn woorden – vgl. Bergrede;
- Hoe spreekt Petrus over brieven Paulus – 2 Petr. 3:15;
- Hoe noemt Paulus zijn geschriften – Rom. 16:26;
- Hoe noemt Paulus het evangelie van Lukas – 1 Tim. 5:17, 18.
N.B. Henoch – eerste geïnspireerde woord – De Heer is gekomen… Openb. laatste – Zie Hij komt… Amen kom Heer Jezus.
Zie ook: Matt. 10:20; Luk. 12:12; 21:15 – Hand. 4:19, 20; 5:21; 7:1-56. Matt. 10:20 is geen woord voor leraars, maar voor martelaars. Hand. 3:21; 2:4; 4:31.
Hoe lezen we de Bijbel – vraag naar karakter van het boek. Hoe lezen we de Bijbel – vraag naar geest waarin we lezen. Hoe lezen we de Bijbel – vraag naar methode.
De Bijbel… ja… maar hoe
a. Als we eens geen Bijbel hadden? Dan afh. van overlevering, van mensen dus onzekerheid want wie heeft dan Gods Woord compleet in zijn geheugen?
b. Als de Bijbel eens niet geïnspireerd was? Dan dezelfde onzekerheid. Wat is dan de zeggingskracht? Geen vaststaande norm.
c. Als de Bijbel slechts gedeeltelijk geïnspireerd zou zijn? Oude vrijzinnige standpunt. Niet de Bijbel Gods Woord maar Gods Woord in de Bijbel. B.v. Bergrede, 1 Kor. 13. Wie maakt dan uit wat wel en wat niet geïnspireerd is?
d. Als de Bijbel slechts gradueel geïnspireerd is? Dan staat alleen een algemene strekking vast, maar norm voor het leven niet.
e. Als slechts de schrijvers geïnspireerd zijn/als slechts de boodschap van de Bijbel geïnspireerd is, maar niet de woorden op zichzelf? Als de woorden slechts de verpakking vormen wie maakt dan uit wat de boodschap is? Verander een paar woorden in een zin en je krijgt een andere boodschap.
f. Als slechts het spreken van de Bijbel tot het hart van de mens geïnspireerd is? Dan te maken met subjektivisme.
Heidenen maken God naar hun idee, onvolkomen zaak; christenen maken een Bijbel naar hun idee, ook onvolkomen zaak. Hoe discipelen van het Woord als we rechters over het Woord zijn? Hoe je pad vinden als je het licht van de kandelaar gedoofd hebt? Hoe satan te verslaan als je de scherpte van het zwaard hebt afgestompt? Hoe baas blijven over je begeerten als je Gods norm hebt afgezwakt?
Kortom: We hebben een volledig geïnspireerde Bijbel of we hebben helemaal geen Bijbel.
Maar de Bijbel is toch door mensen geschreven? Wat wou je dan? Uit de hemel gevallen? Die mensen zijn geleid door de HG. Joden zagen Jezus van Nazareth: ruwe handen, verweerd gelaat. Kan dat de Zoon van God zijn? Is dit niet de Timmerman? Maar Petrus: Gij zijt de Christus de Zoon van God.
Uiteindelijk: Kwestie van geloof. Nog eens 1 Thes. 2:13.