Betreft: Gaven en talenten
Vraag:
Wat is het verschil tussen deze twee?
Antwoord:
In de bijbel kennen we de gelijkenis van de talenten (Mt 25:14-30). Letterlijk gaat het daar om een gewicht (ruim 42 kilogram) aan zilver (kan ook goud zijn, maar dat is minder aannemelijk). Geld werd in die tijd namelijk niet geteld, maar gewogen.
In figuurlijke zin verstaan we onder ’talent’ een begaafdheid, die aangeboren maar gedeeltelijk ook aangeleerd of ontwikkeld kan zijn.
In geestelijke zin verstaan we onder onze talenten al datgene wat God ons als capaciteiten heeft toevertrouwd. De achterliggende gedachte is dan dat we die capaciteiten in dienst van God moeten stellen.
In bovengenoemde gelijkenis staat er dat de heer die naar het buitenland reisde zijn slaven een aantal talenten gaf ‘ieder naar zijn eigen bekwaamheid’. Hij vertrouwde hen niet meer toe dan wat ze dragen konden, dan waarmee ze verantwoord werken konden.
Brengen we dat geestelijk over dan kunnen we zeggen, dat de capaciteiten en mogelijkheden die God ons geeft onze verwerkingsmogelijkheden niet te boven gaan. Om een vergelijking te trekken: een talent om te kunnen schilderen is één ding, de inspanning te kunnen verwerken om met dat talent werkzaam te zijn is een tweede. Dat moet op elkaar afgestemd zijn. In het hier genoemde geval heeft de heer van de slaaf dat afgestemd.
De uitdrukking ‘gave’ of ‘genadegave’ komen we in de Schrift tegen in verband met de waarheid dat de gemeente het lichaam van Christus is (Zie Rm 2:6; 1 Ko 12: 4-28). In 1 Ko.12 wordt de gemeente met een lichaam vergeleken en de gaven met leden van dat lichaam. Mijn oog heeft de capaciteit om te zien. Maar ik moet wel leren het te gebruiken. De ‘gave’ om te zien heeft dat oog echter so-wie-so en die heeft God eraan verleend.
Zo heeft God in geestelijke zin aan de gemeente gaven gegeven. Alle christenen zijn leden van dat lichaam en hebben er een funktie in en de bekwaamheid om die funktie uit te oefenen.
Het verschil tussen talenten en gaven is niet zo groot. Het onderscheid kunnen we misschien zo aangeven: talenten omvatten alles wat God ons geeft aan capaciteiten en mogelijkheden om voor Hem te gebruiken. Dus ook de zogenaamde natuurlijke talenten, b.v. opmerkingsgave, spreektalent, mensenkennis, muzikale begaafdheid, enz. De gaven zien meer uitsluitend op de geestelijke capaciteiten die dienstig zijn voor de opbouw van het lichaam van Christus.
Als we het lijstje in Rm 12:6-8 nagaan blijkt dat wel.