Betreft: Joodse Geschriften etc.
Vraag:
Welke geschriften kennen de Joden naast de Thora
Antwoord:
Mischna van schanah = herhalen. Onder de Joden kreeg herhalen de zin van ‘de mondelinge wet leren’. Zo is de Mischna de naam geworden voor de mondelinge leer van de Joden, naast de schriftelijk opgetekende, de Thora. Na de terugkeer uit de ballingschap werden de afgeleide bepalingen uit de wet mondeling door de leraars de leerlingen ingeprent door steeds herhalen.
De oudste wetsleraars heetten Tannaïm (Tannaï = overleveraar) gaven traditie mondeling door. Mt 5: 2 Gij hebt gehoord … ziet daarop. Bij uitgebreider worden van de Mischna werd ordening en teboekstelling van de halachische bepalingen nodig. De eerste die tot stand kwam heet ‘Adajoth (Getuigenissen) of ook wel Bechirta (Keur, bloemlezing).
Bekende bewerkers waren Rabbi Akiba en Meïr. Later zette Rabbi Juda achterkleinzoon van Gamaliël 1 hun werk voort. Het vormde een band, maar werkte ook mee aan verdorring in wettische bepalingen. Het werd de grondslag voor de Talmoed.
Talmoed = studie, onderwijs, vormt een geheel met de Mischna. Een gedeelte van de Mischna wordt weergegeven, daarna wordt dat deel besproken of bediscussieerd. Die toevoeging heet Gemara = voltooiing. Eigenlijk een relaas van de wetgeleerden n.a.v. de Mischna. Veel sofistisch geredeneer. Zij die de stof leverden waren de Amoraïm of Amoreërs = verklaarders. Daarna kwamen de Saboraïm of Saboreërs‚de menenden.
We kennen de Palestijnse Talmud, de Talmud Jeruschalmi, afgesloten begin vijfde eeuw en de Babylonische Talmud, de Talmud Babli, afgesloten begin zesde eeuw. Er zijn wettische = halachische gedeelten en stichtelijke = haggadische gedeelten. Door Heinrich Heine wordt de Halacha omschreven als een schermschool waar de atleten in de redeneerkunst van Babylon en Poempeditha hun strijdspelen opvoeren. De Haggada vergelijkt hij met een tuin geweldig fantasierijk waar mooie oude sagen te vinden zijn, engelensprookjes, legenden, martelaarsgeschiedenissen, feestliederen, wijsheidsspreuken, ook overdrijvingen, wat potsierlijk enz… Die beeldrijke voorstelling geeft wel aan wat kenmerkend is voor deze twee aspecten van de Talmoed.
Er zijn in de loop van de tijd ook allerlei commentaren van Joodse Rabbies verschenen