Vraag:
Heeft het voorschrift van de voetwassing (Joh.13:14) voor ons nog wel betekenis? Het gaat toch om een verouderd gebruik van voeten wassen?
Antwoord:
In het oosten behoorde de voetwassing (of het beschikbaar stellen van water om je de voeten te wassen) bij het betoon van gastvrijheid. We lezen er in de Bijbel voor het eerst van in Gn 18: 4. Door het lopen met open sandalen over de stoffige wegen werden de voeten warm, bezweet en vuil. Als je dan bij je gastheer je voeten mocht wassen of als die je de voeten liet wassen, betekende dat een ‘reiniging’ en een ‘verkwikking’.
Dat gebruik heeft in de letterlijke zin voor ons geen betekenis. Wij dragen schoenen en hebben van stof dus geen last.
Toch heeft dit voorschrift voor ons wel betekenis en dat in tweeërlei zin. Dat de voetwassing door de Heer een dubbele betekenis heeft blijkt al uit het feit, dat de Heiland in vers 7 zegt: ‘Wat Ik doe weet ge nu niet, maar ge zult het later verstaan’, terwijl Hij pal daarop zegt: ‘Begrijpt gij wat Ik u gedaan heb’ (vs.12 b) en dan geeft Hij direkt de verklaring erbij.
De eerste bedoeling van het voorschrift is: dat wij net als de Heer elkaar moeten willen dienen. Dat we de minste moeten willen zijn (voeten wassen was in de regel het werk van een slaaf of dienstknecht) Als de Meester zo’n geringe plaats wilde innemen ten opzichte van de Zijnen dan moeten wij bereid zijn dat ook te doen. Om het naar onze tijd toe te vertalen: als er een zuster ziek is en geen boodschappen kan doen dan moeten wij bereid zijn om de boodschappen te halen. Als mijn broeder ergens heen wil maar er niet kan komen, dan moeten wij bereid zijn hem er te brengen als we daartoe de mogelijkheid hebben. Als er een grote bijeenkomst is met een maaltijd erbij dan moeten wij bereid zijn broodjes te smeren en te beleggen, enz. Ja, de minste karweitjes moeten we voor een ander willen doen als we hem daarmee kunnen dienen .
Deze direkte les van: elkaar willen dienen en daarin de minste willen zijn, konden de discipelen toen al begrijpen.
De handeling van de Heer heeft echter ook een diepere symbolische zin en die heeft met reiniging te maken Op die betekenis doelen de verzen 8 en 10. Daarbij hebben we aan de symbolische betekenis van water te denken.Water is een beeld van het Woord van God. Door dat Woord onder de werking van Gods Geest brengt God verloren zondaars tot wedergeboorte. Ze worden dan eens voor altijd gebaad of gereinigd (zie Jh 15:3).Die wassing hoeft niet herhaald te worden. Dat bedoelde de Heer met de woorden van vers 10.
Als gelovigen wandelen we echter nog in deze wereld en worden we wat onze wandel betreft verontreinigd door wat we zien en horen. Onze voeten -om in de symboliek te blijven – worden vuil en nu hebben we reiniging van de voeten nodig. Die reiniging is nodig om praktisch de gemeenschap met de Heer te bewaren (denk aan vers 8 b).
Die dienst mogen we ook aan elkaar verrichten door elkaar met het Woord van God te dienen. Als we onze broeder zien afglijden dan zullen we hem daar in alle liefde op wijzen opdat zijn gemeenschap met de Heer niet verbroken wordt.
De dubbele betekenis van de voetwassing geldt dus ook voor ons, maar dan in de zin zoals hierboven aangegeven.
Zie vooral ook Ef 5:26 waar staat dat Christus zijn gemeente steeds wast in de zin van ‘voetwassing’.