c Strijden of strompelen

Foutieve opvatting
Veel mensen leven bij het gedicht van Dirk Raphaelsz Camphuysen (1586-1627):
Er moet veel strijds gestreden zijn, er moet veel gebeds gebeden zijn en veel leeds geleden zijn, wil het einde vrede zijn. Maar het heil is geen prestatie van de mens, maar – genade-geloof-werk van Christus. Wat anders is dat de praktijk veel strijd, gebed en leed kent.

Foutieve strijd
a. Strijd tegen de zondemacht in ons;

  • Met beroep op Job 7:1; Rom. 7; Hebr. 12:4;
  • Uitzichtloze bezigheid – vechten met grondwerker – word je alleen maar vies van en moedeloos.
    We worden er niet toe geroepen – vgl. Israël aan Rode zee – ‘Ik zal voor u strijden, gij zult stil zijn’ Ex 14:14. Israël had niet te strijden voor bevrijding uit macht van Farao en slavernij. Strijd van verlossing uit de machten van Satan, zonde en dood – deed Christus Hebr. 2:14; 9:26; 2 Tim. 1:10. Met onze bekering is onze oude mens gekruisigd is: Rom. 6:6; Gal. 5:24; Kol. 3:3. Zo goed als onze zonden zijn weggedaan, zo goed is onze oude mens geoordeeld: Dat moeten we geloven – beschouw u voor de zonde dood Rom. 6:11.

b. Strijd met wapen – of verbaal geweld tegen aardse vijanden; geen tegen vlees en bloed. 1 Kor. 10:4; Ef. 6:12.

Toch is er strijd in ons

  • Bedenken van het vlees vijandschap tegen God Rom. 8:7;
  • Het vlees begeert tegen de Geest, en de Geest tegen het vlees…. opdat gij niet doet wat u wilt Gal. 5:17;
  • Onthoudt u van de vleselijke begeerten die strijd voeren tegen de ziel 1 Petr. 2:11;
  • Hartstochten, die in uw leden strijd voeren Jak. 4:1.

Doodt dan uw leden die op de aarde zijn Ko 3:5
Dat is geen strijd tegen de zondemacht, maar tegen de zondedaden uit ons oude leven. Israël moest wel strijden tegen Amelek Ex. 17:8-16. Maar we falen zo vaak, zowel uiterlijk als innerlijk door o.a. gebrek aan gebed.

DE WEG NAAR DE OVERWINNING

a. Geloof onvoorwaardelijk dat je oude mens geoordeeld is en je voor God geen zondaar meer bent. Neem God in alle dingen op Zijn woord;

b. Laat je niet uit het veld slaan door de ontdekking dat de zondemacht of het vlees nog in je huist. N.B. het bemerken van de zondemacht in ons is nog geen zondigen denk aan Jak. 1:14, 15;

c. Maak jezelf niet wijs, dat je wel aan die zondemacht, aan het vlees moet toegeven. De Schrift zegt: het vlees begeert tegen de Geest, en de Geest tegen het vlees…. opdat gij niet doet wat u wilt’ Gal. 5:17. ‘Onthoudt u van de vleselijke begeerten die strijd voeren tegen de ziel’. 1 Petr. 2:11 – ‘Ik schrijf u deze dingen, opdat gij niet zondigt.’ 1 Joh. 2:1. Neem die dingen ter harte 1 Joh. 1. Leef ook niet krampachtig in de zin van: ‘Als ik maar weer niet iets verkeerds doe. Ga niet uit van de nederlaag, maar van de overwinning;

d. Maak je zelf niet wijs dat het vlees te veranderen zou zijn. In het vlees woont geen goed Rom. 7:18. Houd je niet bezig met de zondemacht in je. We zijn vaak veel te veel met onszelf bezig! De Schrift zegt: Zoek de dingen die boven zijn… bedenk de dingen die boven zijn… Kol. 3:1, 2. Houd je bezig met goede, positieve dingen en bedenk dat ledigheid het oorkussen van de duivel is. Houd steeds Christus voor je aandacht;

e. Twijfel nooit aan de kracht van Gods Geest. Verwacht het niet van jezelf. De Schrift zegt:

  • ‘Wandel door de Geest en voldoet niet aan de begeerten van het vlees’ Gal. 5:16;
  • ‘Indien wij door de Geest leven (dat is onze principiële toestand), laten
    we ook door de Geest het spoor houden’ (praktisch) Gal. 5:26;

f. De Geest werkt in ons door gebed en bijbellezen. Verzuim niet die middelen te gebruiken;

g. Zoek niet de gelegenheden op waar je tot zonde verleid zou kunnen worden. Dat geldt ook voor wat je gaat zien, horen of lezen. De bede: ‘Leidt ons niet in verzoeking’ kunnen we mede zelf vervullen. Denk aan Petrus in de hof van de hogepriester… daar had hij in zijn geval nooit heen moeten gaan! Zoek in tegendeel kontakt met medegelovigen, die met een toegewijd hart de Heer willen dienen;

h. Pas op voor een wettische instelling. Die bewaart je niet. Leg je geen juk op, dat de Bijbel je niet oplegt. Je komt ermee in de problemen. Zie op de liefde van de Heer en laat die je vervullen;

i. Als je helaas gezondigd hebt, belijd dan die zonde aan God en als het een zonde tegen de naaste is, dan ook aan die naaste. Noem man en paard. 1 Joh. 1:9;

j. Twijfel niet aan de grootheid van Gods genade en Zijn vergevensgezindheid. Ook niet als je (toch) weer in (hetzelfde) kwaad gevallen zou zijn. Maar belijd met het vaste voornemen niet weer te zondigen. Vergoelijk je gedrag nooit met: Ik ben nu eenmaal zo. Leef vanuit de genade, die God in Jezus Christus je bewezen heeft. Houd je bezig met Zijn liefde.

Goede strijd

  1. Strijd om in te gaan – bekering – geldt zondaars. Luk. 13:22-30 eerst poort, dan huis; eerst poort, dan weg. Matt. 7:13, 14;
  2. Goede strijd van het geloof of de goede strijd – geldt gelovigen –
    betreft smaad, vervolging, enz. 1 Tim. 1:18; 6:12; 2 Tim. 4:7. We zijn op vijandelijk terrein, in de wereld – Joh. 16:33; 1 Joh. 5:4; Hebr. 11:32-34;
  3. Strijd in het evangelie – Fil. 1:27; 4:3; 1 Thes. 2:2;
  4. Strijd voor geloof eenmaal aan de heiligen overgeleverd – Judas vs. 3;
  5. Strijd tegen de overheden – vgl. Nehemia Ef. 6:10-20;
  6. Strijd tegen de zonde buiten ons – Hebr. 12:4;
  7. Strijd in de gebeden.
Jaapfijnvandraat.nl maakt gebruik van cookies