Iemand stelde mij een aantal vragen over de begraafplaats van de aartsvaders. Ik neem de vragen over en geef na elke vraag het antwoord erop:
Vraag 1.
Abraham koopt de spelonk van Machpela, het veld en de bomen tot een grafstede vertelt Gen.23 ons. Toch zegt Stefanus ons dat God aan Abraham geen erfdeel gaf zelfs geen voetbreed (Hd 7:5). Heel letterlijk gezien klopt dit dan natuurlijk niet. Of moeten we stellen dat je de grafstede niet mag betitelen als een erfdeel?
Antwoord:
Dit kan het antwoord zijn, maar misschien mogen we het ook zo verklaren dat God deze begraafplaats niet aan Abraham gegeven heeft, maar dat Abraham die moest kopen. Later kreeg het nageslacht het land in bezit zonder ervoor te hoeven te betalen. Met Gods hulp veroverden ze het land.
Vraag 2.
Hebron is de plaats waar de spelonk lag. Die lag heel wat zuide- lijker dan Sichem dat door Stefanus wordt aangeduid als de plaats die Abraham voor een som gelds had gekocht van de zonen van Hemor, waar Gen.23 spreekt van Efron als eigenaar.
Antwoord
Inderdaad kunnen we Hebron en Sichem niet gelijkstellen. We zitten dus met een probleem, want
1) Abraham kocht de spelonk van Machpela te Hebron als begraafplaats en hij kocht die van Efron, de Hitthiet. Daar zijn begraven Abraham, Isaäk, Jakob, Sara en Lea,
2) Jakob kocht het veld te Sichem van Hefron , waar Jozef begraven werd. Voor dit probleem zijn de volgende oplossingen mogelijk:
a. In Hd. 7: 16 kan gestaan hebben: ‘dat hij (en dat slaat dan terug op Jakob) voor een bedrag aan zilver had gekocht van de zonen van Hemor’. Een latere overschrijver moet dan gemeend hebben, dat het hier om Abraham moest gaan, want alleen van hem staat in het boek Genesis, dat hij een stuk land als begraafplaats heeft gekocht. Deze overschrijver heeft daarop ‘hij’ vervangen door ‘Abraham’ en daarmee het probleem veroorzaakt. Het zou dus om een fout van een latere overschrijver gaan en zulke fouten komen meer voor. Dit is een heel eenvoudige oplossing voor het probleem.
b. Het gaat om het kopen van twee stukken land en om twee begraafplaatsen. Het kan nu zijn dat in de tekst bij het overschrijven zinnen zijn weggevallen, waardoor het probleem is ontstaan. De tekst zou er bijvoorbeeld als volgt uitgezien kunnen hebben: ‘Zij werden overgebracht naar Hebron en naar Sichem en gelegd a) in het graf dat Abraham voor een bedrag aan zilver had gekocht van Efron, de Hethiet in Hebron en b) in het graf dat Jakob had gekocht van de zonen van Hemor in Sichem. De klein gedrukte woorden zouden dan zijn weggevallen. Deze oplossing is echter minder waarschijnlijk dan de vorige.
c. Het is ook mogelijk dat Stefanus het historisch gebeuren van deze aankopen en begrafenissen welbewust samengetrokken heeft weergegeven wetend, dat de leden van de hoge raad van de details op de hoogte waren en die wel konden invullen.
d. Tenslotte moeten we er ook nog rekening mee houden dat achter de weergave van feiten een bedoeling zit waardoor deze weergave gebeurt op een wijze die aan ons als westerlingen vreemd is, maar die zonder moeite door Joden werd begrepen.
Vraag 3.
Hebron wordt ook aangeduid als Kirjath-Arba, een plaats die 7 jaar eerder is gebouwd dan Zoan in Egypte (Num.13:22).
Uit Jz.15:13 wordt Arba de vader genoemd van Enak, de stamvader van de Enakieten dus. Kirjath-Arba betekent stad van Arba.
Op het eerste gezicht lijkt dat vreemd want Mozes mag toch wel gezien worden als de schrijver van Gen-Deut. Echter als Arba later leefde dan Mozes dan is de naam Kirjath-Arba op zijn minst bevreemdend, tenzij
- Arba leefde tijdens Mozes periode en Mozes kennelijk op de hoogte was van deze stad, die door de heidenen als Kirjath-Arba bekend stond maar door hem op grond van Gods verbond met Abraham Hebron werd genoemd. Gen.13:18.
- Arba (vier) een al eerder bekende (plaats)naam was, naar wie Arba werd vernoemd, zodat Araham de plaats in zijn tijd ook al als Kirjath-Arba kende. Zijn er andere mogelijkheden?
Antwoord:
I) De naam van Hebron was dus vroeger Kirfath-Arba. De Joden verstonden daaronder Stad van Arba. Deze Arba was de vader van de Enakieten (Jz 14:15; 15:13; vgl. 21:11), Als Enak ver na de tijd van Mozes leefde is het vreemd dat Mozes de stad Kirjath-Arba noemt (zie Gn 23:2; 35:27). Een oplossing voor het probleem kan dus zijn dat Arba een tijdgenoot was van Mozes en dat vader van Enak als voorvader moet worden opgevat.
II) Arba kan -zoals in de vraag al aangegeven “ – ook “vier” betekenen en dan is het de stad van vier. Dat kan slaan op vier stadsdelen of op vier personen. In ieder geval is dan het probleem opgelost. Alleen is dan nog de vraag hoe de persoon Arba aan de naam Arba is gekomen. Hij kan dan inderdaad naar de stad vernoemd zijn.
III) Er is ook de mogelijkheid dat latere overschrijvers bij de naam Hebron toegevoegd hebben de heidense naam Kirjath-Arba. Uit Nh 11:25 blijkt dat men de naam Kirjath-Arba de eeuwen door is blijven gebruiken.
N.B. Nog enkele toevoegingen
Abraham, Izaäk, Sara en Lea zijn begraven in de spelonk van Machpela (Hebron). Dat geldt ook voor Jakob want die is niet in zijn eigen gekochte stuk land te Sichem begraven (Gn. 23: 9, 17,19; 25: 9,10; 49: 29-32). Volgens Jz. 24: 32 zijn de beenderen van Jozef daar wel begraven. Van de broers van Jozef vermeldt het O.T. niet waar ze begraven zijn.
Stefanus zegt: ‘zij werden overgebracht naar Sichem’. Dat geldt echter niet van Jakob. De oplossing van dit probleem kan zijn, dat Stefanus sprekend over Jozef diens begrafenis bedoeld heeft, maar dat hij, omdat ook Jakob naar Kanaän overgebracht en er begraven is, in het meervoud spreekt over Jozef en Jakob en het verschil in begraafplaats niet aangeeft.
Een andere mogelijkheid is, dat het ‘zij’ betrekking heeft op
‘onze vaderen’ . Die uitdrukking zal slaan op de zonen van Jakob, de stamvaders van het volk. In Genesis wordt wel niet vermeld, dat ze naar Kanaän zijn overgebracht en daar zijn begraven, maar dat zegt nog niet dat zoiets niet gebeurd is. De hoofdzaak is in ieder geval dat de aartsvaders -hoeveel dan ook-in het land Kanaän begraven zijn.
Vraag 4
Dat brengt mij gelijk tot de volgende vraag: ooit hebt u mij wel eens verteld dat u een hele database aan vragen en antwoorden hebt opgebouwd n.a.v. vragen in de Bode e.d. Hebt u wel eens overwogen deze vragen / antwoorden in een website op te nemen? Zou jammer zijn als uw werk van zovele jaren op enig moment verloren zou gaan ….
Antwoord:
Mijn schoonzoon Henk Jan Oudenampsen heeft inderdaad een website voor mij geopend en daarop staat bijna 90% van mijn werk opgeslagen. Zie www.jaapfijnvandraat.nl.
Hiermee ben ik aan het eind gekomen van deze vragenbespreking.