Een man vroeg aan Alexander de Grote om hem geld te geven met het oog op een bruidschat voor zijn dochter. De koning zond hem naar zijn schatmeester en zei hem dat hij net zoveel geld mocht vragen als hij meende dat nodig was.
De man ging naar de schatbewaarder van de koning en vroeg een enorm bedrag. Deze stond verbaasd over de hoogte ervan en zei dat hij dit eerst met de koning moest overleggen. Hij ging naar de koning en gaf als zijn mening dat een deel van het bedrag wel voldoende zou zijn. ‘Nee’, antwoordde Alexander ‘geef hem het volle bedrag. Ik mag die man wel, want hij eert mij. Hij behandelt mij als een koning. Hij bewijst door het vragen van zo’n groot bedrag dat hij gelooft dat ik rijk ben en weldadig’. De schatbewaarder betaalde daarop het hoge bedrag aan de vader van de bruid uit.
Toen ik deze anekdote las dacht ik aan wat wij van God vragen. Is dat maar een karig beetje of vragen we in overeenstemming met Gods rijkdom en goedgunstigheid? Hiermee bedoel ik natuurlijk niet dat we maar klakkeloos kunnen bidden om dat wat wij voor onszelf zo graag willen hebben, maar wel dat we in vertrouwen en geloof tot God bidden en Hem daarin eren!