Exodus 22:29 Eerstgeborenen of graan- en wijnoogst?

Betreft: Ex. 22: 29

Vraag:

De Statenvertaling heeft hier staan: ‘Uwe volheid en uw tranen zult gij niet uitstellen: de eerstgeborene uwer zonen zult gij mij geven’.
De Nieuwe Vertaling van het NBG heeft: ‘Gij zult niet talmen, van uw graan- en van uw wijnoogst te geven’
Van waar twee zulke verschillende weergaven?

Antwoord:

Verschillen in de diverse bijbeluitgaven kunnen tot oorzaak hebben:

a. een verschil in weergave in de handschriften die we van de Bijbel hebben. In zo’n geval moeten vertalers een keuze doen. Als ze niet voor dezelfde handschriften kiezen, krijg je uiteraard verschil in weergave. Die verschillen kunnen vrij groot zijn omdat in het verre verleden een of meer overschrijvers bij hun werk een fout kunnen hebben gemaakt;

b. een verschil in vertaling en dat hangt dan samen met de vraag hoe men (in dit geval: de hebreeuwse) tekst opvat. Ook hier kunnen behoorlijke verschillen optreden en dat vooral als het dichterlijke taal betreft.

Dat laatste is hier het geval. Letterlijk staat er: uw volheid en het druppelende geven. Dat laatste is een dichterlijke uitdrukking die kan zien op tranen, maar ook figuurlijk of dichterlijk op de wijnoogst. Aangezien het hier gaat om geven aan de Heer zie vs. 29b en 30 ligt het voor de hand hier te denken aan het geven van (de eerstelingen) zowel van de tarwe-als van de wijnoogst. In Nm. 18: 27 (St.Vert.)wordt gesproken over de ‘volheid van de perskuip’ en in Dt. 22: 9 over de ‘volheid des zaads’. Het woord ‘volheid’ ziet op ‘opbrengst’ of ‘oogst’ en kan betrekking hebben op de korenoogst en de wijnoogst.

In Ex. 22: 29 staat alleen ‘volheid’ zonder meer. Omdat het ‘druppelende’ wel moet zien op de wijnoogst met daaraan verbonden het wijnpersen, waarbij het sap uit de druiven vloeit of drupt, moet het woord ‘volheid’ wel betrekking hebben op de korenoogst.

Jaapfijnvandraat.nl maakt gebruik van cookies