Vraag:
In wat voor opzicht zijn de woorden van satan leugenachtig? In vers 22 zegt God toch zelf dat de mens geworden is ‘als Onzer een door de kennis van goed en kwaad’!
Antwoord:
Dit vers 15 bevat twee leugens. De eerste is dat de mens niet zou sterven als hij van de boom at. Nu is de mens niet direkt dood neergevallen toen hij overtrad, maar wel sloeg de dood toe. Door de zonde werd de mens geestelijk dood voor God (Vgl.Ef.2: 1-5). In de tweede plaats, en daar gaat het hierom, zou de mens tot stof wederkeren (vers 19b). De mens werd vergankelijk en verderfelijk (Vgl. 1 Ko15: 33) en liep om zo te zeggen met de dood in zijn schoenen. Ten overvloede zij nog de derde betekenis van dood toegevoegd, namelijk het eeuwig oordeel in de poel des vuurs wat voor de mens de tweede dood is (Op20: 14).
De tweede leugen is eigenlijk een halve leugen. Inderdaad zou de mens als God zijn door de kennis van goed en kwaad. Maar… satan vertelde er niet bij, dat God het kwaad heel anders kent dan de mens. God staat boven het kwaad, Hij is er onaantastbaar voor. De mens leerde echter het kwaad kennen en werd er de slaaf van. In die zin was het dus een leugen.