Betreft: Gebruik van genotmiddelen
Vraag:
Zijn genotmiddelen zoals roken, alcohol, koffie, thee, e.d. geoorloofd? Is hier geen sprake van verslaving? En is dat niet occult? Houdt men dan wel rekening met het feit, dat ons lichaam een tempel is van de Heilige Geest.
Antwoord:
De Schrift verbiedt ons het gebruik van dingen, die we lekker vinden op zichzelf niet. Ik bedoel dit: je hoeft je eten niet te beperken tot dat wat alleen maar groei en onderhoud bewerkt. God heeft ons ook smaak gegeven en je mag dus van je eten genieten.
Er zijn echter twee grenzen:
a. We mogen ons niet door eet-of-drinkgewoonten laten overheersen. Dus: waken voor verslaving.
b. We mogen ons lichaam niet vernielen.
Bij eten kan de begeerte van het vlees een rol gaan spelen. We zien dat bij Izaäk. Wildbraad is niet verkeerd, maar toen hij terwille van het wildbraad Ezau de grootste zegen wilde geven, toen liet hij zich leiden door zijn maag en niet door wat God gezegd had. Daarbij liet hij zich ook door natuurlijke liefde leiden, want hij hield meer van Ezau dan van Jacob (Gn 25: 28; 27:1-4).
Zo verbiedt de bijbel het gebruik van wijn niet, maar waarschuwt wel voor overmaat, dus voor dronkenschap. Denk aan Noach.
(Zie Dt 32;14; 1 Sm 25:18; 2 Kr 2:10; Ea 6: 9; Ps 104:15; Sp 31: 6; Pr 9: 7; 10:19 tegenover Sp 20:1; 23:30. Zie ook Jh .2:3 tegenover Ef 5:18).
Zo is het ook met thee en koffie. Met het roken ligt het iets anders. Veel roken schaadt inderdaad de gezondheid en velen zijn inderdaad kettingrokers. Er is dan sprake van verslaving. Velen kunnen het niet laten. Ik denk dat we medelijden met deze mensen moeten hebben en voor ze moeten bidden. Nu zouden we wettische bepalingen kunnen gaan maken, maar dat is de weg ook niet.
Dan nog iets over occultisme en het feit, dat ons lichaam een tempel is van de Heilige Geest. We moeten onderscheid maken tussen de verleiding van satan en occultisme. Toen Petrus na de aankondiging van het lijden tegen de Heer zei: ‘Dat zal u geenszins geschieden’ keerde de Heiland zich naar hem om en zei: ‘Ga weg achter Mij, satan’. Petrus was dus op dat ogenblik de ‘spreekbuis’ van satan, toch was hij niet occult belast. Dat was de bezetene in het land van de Gaddarenen wel.
Satan liet Petrus bedenken, ‘wat de dingen van de mensen waren’. Petrus wou er niet aan, dat Zijn Meester zou lijden. Zonder in zijn spreken, tegen wil en dank, door satan beheerst te worden, sprak hij dat wat satan in zijn menselijk denken werkte. Bij occulte belasting is men echter een willoos werktuig van satan, dan spreekt de mens niet meer wat hijzelf wil zeggen, maar spreekt de boze geest in hem, als het ware buiten zijn wil om.
Van roken etc. kun je dus niet zeggen dat het occult is, maar steeds meer wordt duidelijk dat het zeer ongezond en kankerverwekkend is.
Als Paulus spreekt over het lichaam als een tempel van de Heilige Geest dan waarschuwt hij tegen de zonde van hoererij.omdat dat specifiek de zonde van het lichaam is. Dan maak je je lichaam, dat de tempel van de Heilige Geest is tot een lid van een hoer. Je verbindt de tempel van de Heilige Geest met een hoer en dat is het erge van deze zonde voor een gelovige. Op zichzelf is het ook al erg, want het druist in tegen de huwelijksinstelling.
Verkeerd met je lichaam omspringen door verslaving, forcerende sportbeoefening, etc. valt niet goed te keuren, maar het is geen kwaad waardoor het lichaam in de funktie van tempel van de Geest, wordt aangetast. Dan zou ziekte dat ook doen namelijk, want die tast je lichaam even goed aan.
Ik geef deze twee opmerkingen om konklusie, die onjuist zijn te corrigeren. We moeten oppassen verkeerde gewoonten goed te praten, we moeten er ook voor oppassen ze een karakter te geven wat ze niet hebben, dan slaan we door naar de andere kant.