Vraag:
Hoe vind ik het evenwicht tussen gehoorzaamheid om de levende God te dienen en het niet uit mezelf kunnen (God werkt het willen en het werken)?
Antwoord:
We moeten op het geestelijke vlak altijd twee aspecten onderscheiden, namelijk het werk dat God doet en de verantwoordelijkheid van de mens.
Dat zien we direct al bij de kwestie van het behoud. Om het koninkrijk Gods in te gaan moet iemand wederom geboren worden. Net zo min als je jezelf geboren hebt doen worden, net zo min kun je jezelf wederom geboren doen worden. Dit is Gods kant van de zaak.
Alleen… God doet dat door de middelen van woord en Geest. Dat woord komt tot ons en dan krijgen we onze kant: Wij moeten ons namelijk bekeren (Hd 17: 30, 31).
Zo is het ook met het gehoorzamen van God. Enerzijds werkt God het willen en het werken. Maar we zijn daarbij nooit een soort automaten. We hebben ook onze verantwoordelijkheid, namelijk om God te gehoorzamen en Hem te dienen. Jh 15 laat zien dat als wij innige gemeenschap hebben met de Heer er dan vanzelf vruchten komen. De rank moet zich namelijk niet bezighouden met zijn uiteinde, maar met zijn begin. Hij moet de sappen van de wijnstok in zich opnemen dan komt de vrucht vanzelf.
We moeten dus nooit een lijdelijkheid propageren in de zin van: Ik kan het niet, dus God moet het maar doen. Nee, ik kan het niet, maar Hij kan het wel, en DAAROM kan ik het wel.