Betreft: Joh. 5: 17 i.v.m. Ex. 20: 11
Vraag:
Hoe breng je deze twee teksten met elkaar in verband?
Antwoord:
Er zijn twee oplossingen voor de schijnbare tegenstrijdigheid tussen deze beide teksten en wel:
a. Zowel in Ex. 20: 11 als in Gen. 2: 3 gaat het om rust op de zevende dag, na het scheppingswerk. He wil niet zeggen dat God nooit merer zou werken, maar dat Hij rustte van de speciale scheppingsarbeid. Gen. 2: 3 wijst sterk in die richting. Hier kan nog aan toegevoegd, dat de schepping ook onderhouden moest worden (vgl. Hebr. 1: 3 waar dit van Christus gezegd wordt). Dat werk verrichtte God daarna.
Hret gaat dus alleen om het rusten van het scheppingswerk.
b. God rustte, maar Zijn rust werd verstoord door de zondeval van de mens. Deze had gevolgen voor heel de schepping en daarom moest God weer werken om de schepping te onderhouden (men gaat er dan vanuit dat er anders geen onderhouding nodig was geweest). Bovendien moest God werken om de zondige mens tot inkeer te brengen en moets het verzoeningswerk verricht worden.