Johannes 20:17 Hem niet aan te raken

Betreft: Joh, 20: 17

Vraag:

Op een bijeenkomst bij ons kwam Jh. 20: 17 ter sprake. Hier wordt door onze Heer tegen Maria gezegd: ‘ Hem niet aan te raken’, maar aan de broeders te zeggen, dat Hij zou opvaren naar zijn Vader.
Nu werd er gezegd, dat voordat de Heer Zich aan de broeders vertoonde, Hij eerst opgevaren is naar de Vader met een lichaam zoals Hij hier op aarde had en dat Hij daarna terugkwam met een lichaam van hemelse oorsprong, Deze vraag houdt verband met het feit dat in een ander evangelie staat dat Maria de Heer wel mocht aanraken.

Antwoord:

De visie, die op bovengenoemde bijeenkomst naar voren is gebracht, is op zijn zachts gezegd zeer vreemd. Ernstiger is dat er anti-schriftuurlijke conclusies uit getrokken worden, die het wezen van de opstanding raken.
Puntsgewijze valt het volgende op te merken:

1) Wie beweert, dat de Heer voordat Hij aan de discipelen verscheen:
a. in de hemel geweest is en
b. daar van lichaam veranderd is,
moet voor deze beide feiten duidelijke direkte Schriftuitspraken hebben, of tenminste zulke overtuigende indirekte aanwijzingen, dat niet anders geconcludeerd kan worden dan dat beide feiten hebben plaats gevonden.
De Schrift geeft noch het een noch het ander.

2) Deze visie leidt tot de conclusie, dat de opstanding van de Heer hetzelfde karakter had als de opwekking van Lazarus, die enkel tot het aardse leven is teruggeroepen.
Als de Heer met zijn opstandingslichaam niet door gesloten deuren kon gaan – dit is toch blijkbaar in deze visie begrepen- hoe kon de Heer dan wel met dat lichaam de hemel ingaan?

3) De opstanding van de Heer Jezus is het voorbeeld voor de opstanding van de gelovigen. Ontvangen gelovigen dan eerst een lichaam zoals ze vroeger hadden en wordt dat later veranderd? Immers nee, we ontvangen direkt een verheerlijkt lichaam.
De Schrift zegt:
‘Er wordt gezaaid in vergankelijkheid, er wordt opgewekt in onvergankelijkheid; er wordt gezaaid in zwakheid, er wordt opgewekt in kracht;
er wordt gezaaid een natuurlijk lichaam, er wordt opgewekt een geestelijk lichaam’ (1Ko 15: 42-44).

Van zo’n opstanding zegt vers 42: ‘zo is het ook met de opstanding der doden’, namelijk dat het lichaam dat opstaat anders is, van een andere heerlijkheid, dan het lichaam dat in het graf daalde.
En dat geldt niet alleen voor de gelovigen maar wel in het bijzonder voor de Heer, ‘de eersteling van hen die ontslapen zijn’. dit volgt volgt uit vers 21 en 22: ‘Want waar de dood door een mens is, is ook de opstanding der doden door een mens. Want evenals in Adam allen sterven, zo zullen ook in Christus allen levend gemaakt worden’.
Zoals onze dood gelijk in aan die van Adam, zo zal onze opstanding gelijk zijn aan die van Christus.
De Schrift stelt: ‘Want als we met Hem een gemaakt zijn in de gelijkheid van zijn dood, dan zullen we het ook zijn in zijn opstanding’.
Als bovenstaande visie waar zou zijn, zouden de ontslapenen ook eerst met een lichaam moeten opstaan, zoals ze voor hun sterven hadden. De ontslapenen staan echter met een verheerlijkt lichaam op en dat is hun definitieve lichaam, waarmee ze ten hemel varen en waarin ze tot in eeuwigheid wonen.

4) Deze visie schijnt tot achtergrond te hebben een verkeerd begrip van de woorden: ‘Raak mij niet aan want ik ben nog niet opgevaren naar mijn Vader’ (Jh.20: 17).
En tracht op wel heel vreemde wijze de moeilijkheid op te lossen. dat iets verderop in dit hoofdstuk Thomas wel toestemming krijgt de Heer aan te raken (zie vs.27).
De Heer bedoelde met zijn woorden aan Maria niet te zeggen: ‘Maria, je mag me nu nog niet aanraken, want Ik ben nog niet opgevaren (en wedergekomen … dat had er dan wel bij mogen staan), maar als ik teruggekomen ben dan mag het wel.’
Het zou toch op zichzelf genomen al erg vreemd zijn, dat Maria het lichaam waarmee Hij op aarde geleefd had, niet mocht aanraken, maar wel zijn verheerlijkt lichaam dat Hij in de hemel ontvangen zou hebben.
De zaak is eenvoudig deze, dat Maria meende de Heer weer in dezelfde zin bij zich te hebben als vroeger. Ze besefte niet wat het inhield dat Hij was opgestaan en dat er voortaan een andere verhouding met de Heer zou bestaan. Een verhouding waarvan 2 Ko 5: 16 zegt: ‘en als we ook Christus naar het vlees gekend hebben. dan kennen wij Hem toch nu niet meer zo.’
De Heer wil in feite dit zeggen: ‘Raak mij niet aan, Maria, hoewel je dat kunt en je me bij je hebt,
omdat ik nog niet opgevaren ben naar mijn Vader. Ik ben hier nog wel, maar mijn plaats is bij mijn Vader. Ik ben niet bij je en blijf niet bij je zoals vroeger.’
De Heer verbood haar dat niet omdat zijn lichaam te heilig zou zijn, maar omdat Maria moest leren, dat Hij voortaan op een nieuwe wijze met de zijnen zou verbonden zijn.

5) Nu blijft natuurlijk nog de vraag, waarom volgens Mt 28: 9 de vrouwen de Heer wel mochten aanraken en Thomas dat volgens Jh.20: 27 ook mocht.
De oplossing voor deze schijnbare tegenstrijdigheid is eenvoudig deze: het gaat niet om het aanraken zelf, maar om het motief en de achtergrond van het aanraken. Thomas zou juist door aanraking overtuigd kunnen worden dat Hij die levend voor hem stond werkelijk dezelfde Jezus was die stierf aan het kruis.
En de vrouwen vielen alleen maar aan zijn voeten neer om Hem te huldigen als de Opgestane. Bij Maria Magdalena was het een andere zaak.
Zij had gezegd: ‘ik zal Hem wegnemen.’
Zij wilde de Heer bij zich houden. Daarom antwoordde Hij haar met de woorden: ‘raak Mij niet aan’,
die meer betekenen dan een simpel verbod tot aanraking. De bedoeling is eigenlijk: ‘houd Mij niet tegen’.
Zo kan het trouwens vertaald worden. Zie de vert. NBG: : houd Mij niet vast’.
Hetzelfde Griekse woord dat hier gebruikt wordt, vinden we elders vertaald door ‘vat hebben op’ (1Jh. 5: 18). In Johannes zien we de christelijke positie: wij zijn geestelijk verbonden met de verheerlijkte Heer. Dat moest Maria leren inzien, zij moest de Heer niet bij zich willen houden zoals vroeger, want Hij zou opvaren naar de Vader.
In Mattheüs, waar we profetisch de lichamelijke tegenwoordigheid van de Heer in het koninkrijk zien, mochten de vrouwen zijn voeten wel grijpen.

Jaapfijnvandraat.nl maakt gebruik van cookies