Betreft: Mt 12: 38-40
Vraag:
Wat wordt bedoeld met het teken van Jona?
Antwoord:
Over het teken van Jona is sprake in Mt 12: 39,40; 16: 4; Lk. 11: 29,30.
In de eerste van deze drie schriftplaatsen wordt duidelijk aangegeven waarop de woorden ‘het teken van Jona’ doelen, namelijk op het feit, dat Jona drie dagen en drie nachten in de buik van het zeemonster was. Blijft natuurlijk de vraag hoe dit dan voor de Ninevieten een teken was. Het antwoord daarop is moeilijker te geven.
Het kan zijn dat er bij het uitspuwen van de profeet aan land getuigen zijn geweest, zodat dit feit aan de inwoners van Nineve bekend geworden is en als teken fungeerde.
Een andere mogelijkheid is, dat het verblijf in de vis zijn sporen bij Jona achtergelaten heeft. Hij kan bijv. door het maagzuur verbleekt zijn geweest of iets dergelijks. Dit blijven uiteraard suggesties, maar vast staat dat de inwoners van Nineve in Jona een teken hebben gezien.
Zo zouden de Joden als teken ontvangen dat Christus ten derde dage zou opstaan, waarvan een overvloedig getuigenis is afgelegd (vgl. 1 Ko 15: 1-8).