Mattheüs 19:24 Deze tekst neemt toch veel moed en hoop weg?

Betreft: Mt. 19: 24

Vraag:

Deze tekst neemt toch veel moed en hoop weg?

Antwoord:

Deze tekst mogen we niet losmaken van zijn verband. Het gaat namelijk om een rijke jonge man, die vraagt: ‘wat voor goeds moet ik doen om het eeuwige leven te verwerven’? Hij wil dus het eeuwige leven verdienen. De Heer verwijst hem dan naar de wet en de man zegt, dat hij de wet in alles gehouden heeft. Als dat werkelijk waar was, zou hij het leven verdiend hebben. Er staat namelijk dat wie deze dingen (de geboden van de wet} gedaan heeft, daardoor zal leven (Lv. 18: 5). Uit het Nieuwe Testament weten we echter dat het voor de mens onmogelijk is de wet werkelijk te volbrengen. In de brief aan de Romeinen staat dan ook dat door werken der wet geen vlees (geen mens) gerechtvaardigd wordt voor God (zie 4: 1-7; zie ook Gl 3: 1-12).

Nu legt de Heer Jezus deze man een test voor, namelijk om zijn goederen te verkopen en aan de armen te geven en Hem te volgen. Maar dan blijkt dat deze man aan zijn aardse bezit hangt met zijn hele hart en dat bezit liever heeft dan Jezus volgen, liever dan het eeuwige leven dus. Zijn liefde tot de naaste was dus niet zo groot.

Welnu, van rijken ofwel van hen die op hun bezit vertrouwen zegt de Heer dat ze moeilijk zullen ingaan in het Koninkrijk van God. Hij vergelijkt dat met het beeld van de kameel en het oog van een naald. Hij gebruikt een zogenaamde hyperbool om zijn woorden te illustreren. In letterlijke zin kan het natuurlijk nooit dat een kameel door het oog van een naald kruipt. De Heer wil echter ziet zeggen dat het totaal onmogelijk is, maar dat het heel, heel moeilijk is. Waarom is het haast onmogelijk? Ligt dat aan God? Nee, het ligt aan de mens. Als een mens rijk is, is er het gevaar dat het geld hem in de macht heeft en dan is het uiterst moeilijk voor zo’n mens om zich te bekeren en God en Christus de eerste plaats in zijn leven te geven en met zijn goederen God te dienen.

Dat het niet onmogelijk is, zien we echter bij Jozef van Arimathea. Die was ook rijk, maar hij geloofde in de Heer Jezus en wilde Hem dienen. Zijn liefde tot de Heer was zo groot dat hij naar Pilatus ging en het lichaam van Jezus vroeg om dat in zijn eigen graf te begraven.

De genoemde tekst behoeft ons dus niet de hoop op behoudenis en de moed te ontnemen.Er staan trouwens hele ‘ruime’ teksten tegenover. Neem Jh. 1: 12 waar gezegd wordt dat ieder die de Heer Jezus aangenomen heeft het recht heeft zich een kind van God te nomen. Neem Mt 11: 28,29 waar Jezus Christus iedereen oproept tot Hem te komen om rust te vinden. Je hoeft maar te komen! Lees Jh. 5: 24 waar staat dat ieder die in Christus gelooft niet in het oordeel komt en nu al uit de dood overgegaan is in het leven. Om behouden te worden moeten we echter worden als kinderen. We moeten alle grote-mensen-bedenkingen aan de kant zetten en eenvoudig onze zonden aan God belijden en geloven in de Heer Jezus die voor die zonden de straf wilde dragen op het kruis.

Jaapfijnvandraat.nl maakt gebruik van cookies